Menu

‘W aarom niets doen zo lastig is’ is de titel van een stukje uit Huisarts en Wetenschap. Het artikel gaat over ons omgaan met psychische klachten: hoewel er een grote rijkdom aan mogelijkheden schuilt in het gewoonweg actief luisteren en het niet direct classificeren van iemands klachten, wordt er te veel doorverwezen voor diagnostiek.

Kan kansarmoede een voldoende voorwaarde vormen voor een depressie? Die vraag bekruipt me wanneer de adviserend arts van de mutualiteit me vraagt om de reden van een langdurig ziekteverlof toe te lichten, gedocumenteerd met specialistische verslagen.

Ooit vertelde een koppel mij tijdens het spreekuur waarom hun zoon, volgens hen, nooit de korsten van zijn boterhammen wilde eten. “Korsten”, legden ze me uit, “betekenen verbrand! En alles wat verbrand is, leidt uiteindelijk tot kanker. Doordat kinderen dichter bij de natuur staan, voelen zij dat nog aan. Wij daarentegen zijn te vervreemd van de natuur geraakt om dat nog te voelen.”

Ondanks de grote veranderingen in de geneeskunde blijft de tragiek in mensenlevens dezelfde. Artsen van alle tijden maken hetzelfde mee. Dit schept een verbondenheid met artsen in verleden en toekomst, en artsen overal ter wereld.

Ik ken een oma die haar moeder in het woonzorgcentrum bezoekt samen met haar anderhalf jaar oude kleindochter. Met hun drieën gaan ze dan naar de wekelijkse turnles. Het kleine meisje leidt tot heel wat commentaar en enthousiasme onder de bewoners.

In haar wekelijkse column in de BMJ vertelt de Londense huisarts Helen Salisbury dat zij geen tijd meer heeft om medische tijdschriften te lezen, maar tijdens het werk wel dankbaar gebruikmaakt van het internet voor noodzakelijke informatie ‘on the spot’. Daarnaast volgt ze een jaarlijkse updatecursus om de blinde vlekken in haar kennis en vaardigheden te leren kennen. In een tijdsspanne van vijf uur komen de belangrijkste wijzigingen aan bod in de richtlijnen van het National Institute for Health and Care Excellence (NICE).

Als een hypomane patiënt vol verve meedeelt dat hij zich nog nooit zo gelukkig heeft gevoeld, dan voelt u algauw dat wat gezegd wordt, niet overeenkomt met uw indruk. Iets gelijkaardigs ervoer ik bij een man die altijd grappend binnenkwam maar telkens een droevige indruk gaf, hoewel ik dat niet kon afleiden uit wat hij mij vertelde. Tot de psychiater zijn toestand typeerde als een ‘smiling depression’: dat was het inderdaad!

U hebt wellicht ook al eens pijn gevoeld waar u geen blijf mee wist. Pijn mag dan een alarmsignaal zijn dat om onderzoek vraagt, het voelen van de pijn houdt toch wat anders in. Pijn is een zintuigelijke ervaring maar niet actief en gericht zoals bij kijken of horen. Ze is het passief ondergaan van een teveel dat we zo gauw mogelijk weg willen. Lukt dat niet, dan belet toenemende pijn ons te concentreren op onze dagelijkse bezigheden.