Menu

Vrijdag 15 oktober 2020. Er komt een mail binnen van LEIFAntwerpen: ‘Huisarts-in-opleiding zoekt een arts die in contact kan komen met een patiënte en de vraag naar euthanasie kan beoordelen, eventueel ook om de euthanasie uit te voeren.’

Door het euthanasieproces krijgen patiënten vaker een ontwijkend of zelfs negatief antwoord van hun huisarts op de vraag naar euthanasie. Dat kan aanleiding geven tot een langdurig en pijnlijk proces met te lange wachttijden. Enkel collegiale samenwerking, tussen artsen en LEIFartsen, kan de schade herstellen die het proces heeft uitgelokt.

In 2020 daalde het aantal aangiftes van euthanasie voor het eerst: van 2444 gevallen in 2020 tegenover 2656 in 2019. Misschien is de verklaring deels te vinden in de coronacrisis, maar daarnaast is het niet ondenkbaar dat het assisenproces over de euthanasie van Tine Nys een impact heeft gehad. Zijn (LEIF)artsen terughoudender geworden?

De podcast ‘3 dagen’ vertelt het verhaal van Elvire die om euthanasie heeft gevraagd. Haar artsen stemmen toe, op voorwaarde dat ze haar kinderen op de hoogte brengt. Zij wil géén contact meer met haar kinderen; de tussenoplossing is dat ze hen een brief moet schrijven. Elvire is analfabeet.

De geraadpleegde artsen-consulenten bij euthanasie dienen onafhankelijk te zijn. Maar de wet bepaalt het begrip niet en geeft ook geen criteria om deze onafhankelijkheid te toetsen.

Dit boek werd geschreven naar aanleiding van de dertigste verjaardag van de oprichting van het eerste palliatieve thuiszorgteam en gaat over de totstandkoming, het blijvend belang en de toekomstperspectieven van de palliatieve thuiszorg. Met getuigenissen van artsen, verpleegkundigen en mantelzorgers van vroeger en nu wordt een mooi verhaal verteld dat intrigeert en inspireert.

Hoe is een klein landje als België erin geslaagd om zowel goed georganiseerde palliatieve zorg als de wettelijke mogelijkheid van euthanasie te voorzien? Zeker niet zonder slag of stoot. Zelfs vandaag wordt door sommige hardliners palliatieve zorg nog te graag uitgespeeld tegen euthanasie.

In Vlaanderen wordt de evolutie van medische beslissingen aan het levenseinde opgevolgd via grootschalige studies in 1998, 2001, 2007 en recent in 2013.

Voor mij zit een zestigjarige vrouw op een stoel aan de tafel van haar kamer in een psychiatrische inrichting. Ze spreekt traag en monotoon, zonder mimiek, en komt gelaten over, alsof ze dit verhaal al dikwijls heeft verteld. Haar intro is duidelijk en heeft geen aanzet nodig: ‘Ik heb de wens om euthanasie te plegen.’

Hij lachte niet veel, hoogstens liet hij een glimlach zien. Hij was meestal wat verlegen en onderdanig, en hield zijn hoofd nu wat schuin. Die morgen lag hij al urenlang in zijn bed in hun slaapkamer, te wachten. Die uren verstreken langzaam, zodat hij tijd had om zijn leven te zien voorbijgaan, als in slow motion, met de goede maar ook pijnlijke herinneringen.