Menu

De meeste antibiotica voor systemisch gebruik worden in de eerste lijn voorgeschreven, met luchtweginfecties (LWI) en urineweginfecties (UWI) als meest voorkomende indicaties. Het effect van voorschrijven van antibiotica voor deze aandoeningen op antimicrobiële resistentie kan worden waargenomen bij de individuele patiënt en op praktijkniveau.

Vergelijkingen van het gebruik van antibiotica en antischimmelpreparaten in verschillende Europese landen zijn uitgebreid gerapporteerd door het European Surveillance of Antimicrobial Consumption (ESA C), ook in Huisarts Nu.

De reden om voor de vierde keer bijzondere aandacht te geven aan onderzoek in verband met infectieziekten, gebruik van antimicrobiële middelen en antimicrobiële resistentie is de vierde Europese Antibioticadag. In dit nummer bundelen we kort en krachtig recente onderzoeken.

Om de antibioticaresistentie mee te helpen terugdringen werden tal van richtlijnen en interventies ontwikkeld om huisartsen aan te zetten om bij acute luchtweginfecties voorzichtiger om te springen met antibiotica. Het is vooralsnog niet duidelijk welke strategieën succesvoller zijn en waarom. Om dit te achterhalen kan kwalitatief onderzoek naar attitudes en ervaringen van huisartsen zinvol zijn.

Richtlijnen worden ontwikkeld om niet-wetenschappelijk onderbouwde variatie in de zorg te verminderen. Richtlijnen voor de behandeling van infecties zouden clinici moeten helpen om antibiotica voor te schrijven aan die personen die er het meeste baat bij hebben en om meer eerstekeuzeantibiotica voor te schrijven in de hoop dat dit zou leiden tot betere zorg en minder risico's voor de patiënt, en de inperking van antibioticaresistentie.

Gegevens over antibioticagebruik in ‘nursing homes’ in Europa zijn schaars. Een gedetailleerde beschrijving van de kenmerken van deze instellingen in Europa is evenmin beschikbaar.

Het doel van deze studie was in kaart te brengen hoe vaak huisartsen in verschillende Europese landen antibiotica voorschrijven voor acute hoest en welk effect dit heeft op het ziektebeloop.

Het fibromyalgiesyndroom komt in Noord-Amerika en Europa bij 0,5% tot 5,8% van de populatie voor. Deze ziekte brengt veel kosten met zich mee. Het is dan ook belangrijk dat hiervoor een effectieve therapie wordt gevonden.

Vergelijken tussen landen kan mogelijkheden aan het licht brengen om ongelijkheden in gezondheid te verminderen. In dit onderzoek vergeleek men de grootte van de ongelijkheden in sterfte en de zelfbeoordeelde gezondheid tussen 22 landen in alle delen van Europa. De gegevens over sterfte volgens opleidingsniveau en beroepsgroep kwamen van bevolkingsstudies.