Consultatievoeren is de centrale activiteit van de huisarts. De consultatie in goede banen leiden, is dan ook cruciaal. Het methodisch werken-model tracht hiervoor een adequate werkwijze aan te bieden, maar toonde in het verleden een aantal onvolkomenheden. Het wordt dan ook door J. Mulder in onderstaande tekst 'nader beschouwd'.

In dit artikel wordt het consultatiemodel dat de huisarts gebruikt, besproken in het licht van seksuele vraagstellingen. Na een korte beschrijving van het consultatiemodel wordt ingegaan op de verschillende fazen van het model en hoe mogelijke seksuele vragen dan aan bod komen. Tenslotte worden de voor- en nadelen van het model besproken.

In «Huisartsmodel 2000» stelde de WVVH de vraag of de huisarts nog een taak had binnen de gezondheidszorg, en zo ja, hoe zulke huisarts er dan wel moest uitzien. Dit model werd enigszins arbitrair geprojecteerd naar het jaar 2000.

Enkele weken geleden werd het boek HUISARTSMODEL 2000 aan pers en publiek voorgesteld. Deze Kluweruitgave groeide in de schoot van de W. V. V.H. en heeft een dusdanig inhoudelijk belang voorde beroepsgroep der huisartsen dat HANU gemeend heeft er de gepaste plaats voor te moeten inruimen. Wat het boek precies inhoudt en wat het lezen ervan voor de huisarts kan betekenen, vindt u in een bijgaand kaderstukje.

Een boek als Huisartsmodel 2000 komt niet lawaaierig op de markt zoals de nieuwste publicatie van Konsalik of Desmond Morris dat doet.

Talrijke jonge artsen die een praktijk van huisartsgeneeskunde willen beginnen, worden gekonfronteerd met het probleem van de huisvesting. Onzeker over de omvang van hun kansen op lange termijn en vaak reeds belast met andere startkosten, zal het merendeel van bij de aanvang af geen onroerend goed wensen aan te kopen, maar zich integendeel gedwongen zien een geschikt huis c.q. appartement in huur te nemen. Meestal zal dit dan ook als hoofdverblijfplaats dienen voor henzelf en hun familie. Vanuit deze «probleemsituatie» werd gepoogd een model van huurovereenkomst op te stellen voor beginnende...

Op 19 en 20 maart jl. kwamen 120 huisartsen, verantwoordelijk voor de navorming, of voor de basisopleiding van huisartsen, bij elkaar om zich te bezinnen over de vorm en de pedagogische waarde van de continue bijvorming zoals ze nu geschiedt in de meeste Europese landen. De tendens was duidelijk voelbaar om akademische en andere specialisten in de navorming een meer bescheiden en adviserende rol toe te delen. Nieuwe initiatieven dienen overal ontwikkeld om diagnose en terapie in groep met elkaar te bespreken, ervaringen uit te wisselen en eventueel tot een gemeenschappelijk besluit trachten te...

Zoals in vorige bijdragen over gezondheidsvoorlichting en -opvoeding reeds werd aangestipt, is het mogelijk binnen de G.V.O.-beweging grosso modo twee benaderingsmodellen te onderscheiden die evenwel elk aan het uiterste van een continuüm liggen.