Menu

Vrouwen met bacteriële vaginose die samenhangt met gardneralla vaginalis en mogelijk ook met anaërobe bacteriën worden meestal met metrodinazol behandeld.

Vaak werd gedacht dat wateroplosbare vitaminen geen schade kunnen aanrichten. Dit is echter onjuist in het geval van vitamine B6 en nicotinezuur.

Het beruchte «white paper» dat vorig jaar in Groot-Brittannië verscheen, omvat onder meer een aantal stimulerende maatregelen voor de tewerkstelling van personeel in huisartspraktijken en landelijke tegemoetkomingen voor investeringen en voor bijscholing.

Wanneer uit een onderzoek verschillende subgroepen apart geanalyseerd worden, spreekt men van subgroep-analyse. Dit is echter een werkwijze vol verborgen valkuilen, waarvan de auteur er enkele bespreekt.

Wanneer de gegevens van verschillende gepubliceerde studies bijeengebracht worden in een poging om besluiten te trekken uit het geheel, spreekt men van meta-analyse. Dergelijke studies hebben als doel een meer stabiele schatting van het effect te bereiken ofwel de verschillen tussen meerdere onderzoeksresultaten te onderzoeken om zicht te krijgen op de veralgemeenbaarheid van de resultaten.

Gegeneraliseerde mycosen worden in Nederland uitsluitend veroorzaakt door opportunistische schimmels en gisten, die slechts bij personen met een gestoorde gastweerstand (bijvoorbeeld immuundepressie na orgaantransplantatie, intensievere chemotherapie bij patiënten met kwaadaardige aandoeningen, AIDS) tot infecties kunnen leiden. De belangrijkste verwekkers zijn Candida spp., Aspergillus spp , Cryptococcus neoformans.

Uit onderzoek van families van personen die voor hun vijftigste verjaardag overleden, blijkt dat zowel omgevingsfactoren als erfelijke factoren een rol spelen.

Wanneer huisartsen een preventieve gezondheidscreening willen verantwoorden, worden meestal kosten-baten analyses naar voor geschoven. Naast deze benadering is echter ook de vraag essentieel of de arts over de nodige bekwaamheid en vaardigheden beschikt om deze periodieke onderzoekingen uit te voeren. Heel het opzet staat of valt met het feit of de patiënt zulke gezondheidscreening wel wil laten uitvoeren.

In de Verenigde Staten, Denemarken, Groot-Brittannië en Zweden is aangetoond dat een lagere sociaal-economische status gepaard gaat met een hogere voor leeftijd gestandaardiseerde sterfte.

De voedingstoestand van een individu bepalen is moeilijk. De klinische verschijnselen zijn met specifiek en treden laattijdig op. Bovendien dalen de bloedspiegels van verscheidene vitamines met de leeftijd en weet men niet of dit fysiologisch of pathologisch is.