Menu

Overal ontstaan nieuwe projecten en regelgevingen om de toenemende zorgbehoefte van thuiswonende chronische patiënten op te vangen. Alle vermelden het belang van zorgplannen. Maar wat wordt met een zorgplan bedoeld en wat moet het allemaal inhouden? Dit onderzoek leverde op basis van een literatuurstudie en een groepsdiscussie met een multidisciplinaire expertgroep, een model op voor een generiek zorgplan, met elementen die, ongeacht de pathologie, zorgsituatie of setting, steeds aanwezig moeten zijn.

Dit is het laatste artikel van onze reeks over Intego. De auteurs onderzochten aan de hand van de databank hoeveel mensen hun huisarts in de periode 1994-2003 consulteerden met opstoten van prikkelbaredarmsyndroom. Uit de analyse blijkt onder meer een significante geslachtsratio van ongeveer twee diagnosen van prikkelbaredarmsyndroom bij vrouwen tegenover één diagnose bij mannen.

In dit voorlaatste artikel van onze reeks over Intego onderzoeken de auteurs het voorkomen van acuut myocardinfarct in de Vlaamse populatie van 1993 tot 2003. Ze gingen onder meer na of er voor deze aandoening verschillen zijn tussen mannen en vrouwen en/of leeftijdsgroepen, en of er sprake is van een significant seizoenseffect. Opvallend is de duidelijk dalende trend van de aandoening bij mannen, terwijl het aantal myocardinfarcten in dezelfde periode bij vrouwen stabiel bleef. Daarnaast blijkt dat tijdens de maanden januari en februari significant meer diagnosen van myocardinfarct worden...

Er is weinig bekend over het effect van richtlijnen op klinische uitkomsten, over de mate waarin praktijken ze aanhangen en over hun kosten en baten. Wat we wel weten is dat de publicatie van een richtlijn op zich de praktijkvoering van artsen amper beïnvloedt. Het volstaat inderdaad niet om alleen de richtlijn te lezen, artsen moeten ze ook nog integreren in de eigen praktijk. Dit onderzoek ging na hoe huisartsenpraktijken met richtlijnen omgaan. Praktijken die erin slagen om ze te implementeren, blijken doorgaans een efficiënte interne praktijkorganisatie te kunnen voorleggen.

Mammografiescreening maakt vroegtijdige diagnose van borstkanker mogelijk, waardoor het risico op overlijden daalt. De Europese kwaliteitsrichtlijn stelt een deelname van 70 à 75 % van de bevolking als doelstelling. In werkelijkheid ligt de deelnamegraad aan de meeste screeningprogramma’s heel wat lager. Om deze te verbeteren, bestaan er verschillende strategieën. Deze systematische literatuurstudie onderzocht of interventies met rechtstreeks (telefonisch of persoonlijk) contact een effect hebben op de opkomst bij mammografiescreening. Uit de resultaten blijkt dat ze de deelnamegraad met 21...

In Huisarts Nu 2005;34(10) kon u voor de eerste keer kennismaken met het door de Europese Commissie gesubsidieerde project European Surveillance of Antimicrobial Consumption (ESAC). Dit surveillanceproject verzamelt vergelijkbare en betrouwbare gegevens over antibioticagebruik in heel Europa. Het bewuste artikel uit 2005 besprak de evoluties in het gebruik van systemische antibiotica in de ambulante gezondheidszorg van 1997 tot en met 2002. Dit en volgende artikels geven hiervan een update en bespreken in detail het antibioticagebruik in Europa in 2003.

Dat patiëntenfolders nuttig kunnen zijn ter ondersteuning van het consult wisten we al. Maar weten we ook aan welke voorwaarden ze moeten voldoen om goed te zijn van kwaliteit? Als we de literatuur erop naslaan, worden we jammer genoeg niet veel wijzer. De Koninklijke ApothekersVereniging van Antwerpen (KAVA) ontwikkelde in het kader van een farmaceutisch zorgproject een methode om patiëntenfolders op hun kwaliteit te beoordelen. Hoewel die tijdrovend en arbeidsintensief is, blijkt het resultaat een goed leesbare en verstaanbare folder die inhoudelijk aan de nodige voorwaarden voldoet.

Men verwacht van ons dat we het gebruik van geneesmiddelen die volgens de richtlijnen niet aanbevolen zijn, terugdringen. Dit vergt niet alleen van ons een grondige mentaliteitsverandering, vooral de patiënt moet wennen aan een beleid dat minder gericht is op geneesmiddelen. Folders kunnen een rol spelen in het doorbreken van het diepgewortelde ritueel van het meekrijgen van een voorschrift. Wat vinden patiënten nu van zo'n folders? Dat was het onderwerp van dit praktijkproject. Daarnaast worden ons enkele praktische tips meegegeven voor het gebruik van patiëntenfolders tijdens het spreekuur.

Een aanbeveling voor goede medische praktijkvoering in de praktijk toepassen, allemaal goed en wel, maar is het EMD daar wel op voorzien? In het kader van een kwaliteitsverbeteringsproject in groepspraktijk De Bres in Deurne werd dit onder meer nagegaan met betrekking tot de aanbeveling Preventie van influenza. Het EMD vertoonde inderdaad heel wat tekortkomingen en bleek niet berekend om dit preventieproject efficiënt uit te voeren. Wel werd aangetoond dat met een systematische aanpak van grieppreventie een hogere vaccinatiegraad kan worden behaald.

In achtergestelde wijken en bij minder gegoede patiëntenpopulaties zouden huisartsen rekening moeten houden met de beperkte middelen waarmee deze patiënten moeten rondkomen. Dit kan vooreerst door te proberen het meest goedkope geneesmiddel voor te schrijven. Maar daar ligt het probleem vaak, want waar vinden artsen de informatie die hen daarbij kan helpen? Dr. Ramboer nam het initiatief om hierover een praktijkproject te maken. Hieruit blijkt dat goedkoper voorschrijven in ieder geval mogelijk is, zonder al te veel extra inspanningen.