Menu

Seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA) zijn de laatste decennia in aantal toegenomen. Daarom is een adequate registratie van belang om inzicht te krijgen in de preventienoden. Omdat huisartsen tot 90 % van de risicopopulatie zien, lijken zij hiervoor het best geplaatst. Maar hoe zien zij dat? Welke drempels ervaren ze? En wat is volgens hen de meest aangewezen registratiestrategie? Uit dit onderzoek blijkt onder andere dat huisartsen de voorkeur geven aan een beknopt SOA-registratieformulier dat ze samen met de patiënt tijdens de consultatie invullen.

Chlamydia-infecties blijven in aantal toenemen. Ze kunnen leiden tot ‘Pelvic Inflammatory Disease’ (PID), buitenbaarmoederlijke zwangerschap en infertiliteit. Enige vorm van screening dringt zich dus op. Maar de nu reeds zwaar belaste huisarts opzadelen met nog een nieuwe taak, is niet vanzelfsprekend. In het kader van een prevalentiestudie in Antwerpen werd onderzocht hoe huisartsen de infectiestatus van hun patiënten beoordelen en welke invloed hun verwachtingen en de testresultaten hebben op hun verder testgedrag. Uit de resultaten blijkt dat de deelnemende artsen het SOI-risico bij hun...

Aanbevelingen voor goede medische praktijk zijn richtinggevend als ondersteuning en houvast bij het nemen van diagnostische of therapeutische beslissingen in de huisartsengeneeskunde. Zij vatten voor de huisarts samen wat voor de gemiddelde patiënt wetenschappelijk gezien het beste beleid is. Daarnaast is er de agenda van de patiënt, die een gelijkwaardige partner is bij het nemen van beslissingen. Daarom moet door een heldere communicatie de vraag van de patiënt voor de huisarts duidelijk zijn en moet de huisarts de patiënt voldoende informeren over alle aspecten van de verschillende...

Dankzij de betere behandelingsmodelijkheden van HIV is de HIV-patiënt veeleer een chronische patiënt geworden, die voor zijn follow-up de huisarts opzoekt. Omdat er nog geen standaardbehandeling voor HIV voorhanden is, heeft de huisarts er alle belang bij om een goede samenwerking te bewerkstelligen met de tweede lijn en patiëntenorganisaties. Hiertoe werd in 1999 in Antwerpen een HIV-netwerk voor huisartsen opgericht. Vermits in België geen soortgelijke netwerken bekend zijn, werd de werking ervan via een kwalitatieve vergelijkende analyse onderzocht.

Seksueel overdraagbare infecties (SOI’s) zijn weer in opmars. Ondanks de herhaalde boodschappen voor veilige seks in de media en via andere kanalen, is er een verontrustende toename van HIV, chlamydia, syfilis en andere SOI’s. De zorgverlener die (vaak exclusief) de meeste SOI-risicopersonen ziet, is de huisarts. Hij is dus bijgevolg het best geplaatst om bij zijn patiënten gezond seksueel gedrag te stimuleren. Nochtans blijkt hij het dikwijls moeilijk te hebben om seksuele problematiek bij zijn patiënten aan te kaarten. Deze studie tracht de barrières te identificeren die een goede SOI...

Lopen huisartsen meer kans op een symptomatische infectie dan hun patiënten? Het lijkt logisch, en toch hebben we de indruk van niet. Deze studie vergeleek de incidentiegraad van bovenste luchtweginfecties bij huisartsen en patiënten. Uit de resultaten blijkt dat huisartsen, door het veelvuldige contact met hun patiënten, sneller een hoge graad van immuniteit opbouwen. Ook regelmatige sportbeoefening zou de vatbaarheid verminderen.

Hysterectomie is één van de meest courant uitgevoerde heelkundige ingrepen. In de realiteit van de medische consultatie blijkt dat vrouwen zich daarna doorgaans beter voelen. Maar kan dit ook gestaafd worden aan de hand van wetenschappelijk onderbouwde gegevens? Deze literatuurstudie vergeleek een achttal studies en concludeerde dat hysterectomie een eerder positief effect heeft op de vrouw en haar seksueel functioneren. Hoe kan de arts zijn patiënte het best begeleiden in dit proces? Het creëren van een open sfeer waar vrij over seksualiteitsbeleving kan worden gepraat en het betrekken van de...

Wat zijn de noden en verwachtingen van adolescenten met betrekking tot goed anticonceptiegebruik? Hoe is hun houding ten opzichte van hulpverleners? Hiernaar werd een kwalitatief focusgroepenonderzoek gedaan bij 26 meisjes van gemiddeld 17 jaar oud. Hun kennis over het dagelijks gebruik en de bijwerkingen van contraceptiva bleek onvoldoende en vaak ook onjuist. Drempels om naar de huisarts te stappen voor anticonceptie waren vooral de kostprijs, de wachttijd en angst voor het gynaecologisch onderzoek. De adolescente meisjes verwachtten vooral vertrouwelijkheid van hun huisarts en voldoende...

Samen met pediaters komen huisartsen het meest in aanraking met griep van alle gezondheidswerkers. Dikwijls worden ze besmet met het influenzavirus zonder dat ze last hebben van de symptomen. Zelfs als huisartsen koorts maken en respiratoire klachten hebben, stoppen ze zelden hun praktijkvoering. In beide gevallen zijn ze een bron van infectie voor hun patiënten. Uit een telefoonenquête in 1999 blijkt dat 34% van de tweehonderd betrokken huisartsen zich echter niet tegen griep laat vaccineren, vooral omdat ze denken geen risico te lopen. Leeftijd en geslacht hadden geen invloed op het...

Artsen hebben twee- tot tienmaal meer kans om besmet te geraken met het hepatitis B-virus dan de algemene bevolking, vooral door prikaccidenten in de praktijk. Het is dus van groot belang dat artsen zich laten vaccineren tegen hepatitis B, ook al om hun patiënten niet te besmetten. In een onderzoek bij tweehonderd Vlaamse huisartsen bleek een kwart nog niet te zijn ingeënt. Vooral oudere en solowerkende huisartsen zijn wat nalatig of zien het belang van de vaccinatie niet in. Om deze groep alsnog te motiveren zich te laten vaccineren, kunnen kleinschalige campagnes in LOK-groepen of...