Menu

In dit voorlaatste artikel van onze reeks over Intego onderzoeken de auteurs het voorkomen van acuut myocardinfarct in de Vlaamse populatie van 1993 tot 2003. Ze gingen onder meer na of er voor deze aandoening verschillen zijn tussen mannen en vrouwen en/of leeftijdsgroepen, en of er sprake is van een significant seizoenseffect. Opvallend is de duidelijk dalende trend van de aandoening bij mannen, terwijl het aantal myocardinfarcten in dezelfde periode bij vrouwen stabiel bleef. Daarnaast blijkt dat tijdens de maanden januari en februari significant meer diagnosen van myocardinfarct worden...

Mammografiescreening maakt vroegtijdige diagnose van borstkanker mogelijk, waardoor het risico op overlijden daalt. De Europese kwaliteitsrichtlijn stelt een deelname van 70 à 75 % van de bevolking als doelstelling. In werkelijkheid ligt de deelnamegraad aan de meeste screeningprogramma’s heel wat lager. Om deze te verbeteren, bestaan er verschillende strategieën. Deze systematische literatuurstudie onderzocht of interventies met rechtstreeks (telefonisch of persoonlijk) contact een effect hebben op de opkomst bij mammografiescreening. Uit de resultaten blijkt dat ze de deelnamegraad met 21...

Patiënten met mentale stoornissen zijn in de huisartsenpraktijk vaak moeilijk te herkennen. En toch schat men dat 20% van de patiënten in de eerste lijn een psychische stoornis heeft. Van hen zou de helft tot driekwart niet als dusdanig worden herkend en bijgevolg niet worden behandeld. Eind jaren ’90 werd een diagnostisch instrument (PRIME-MD) ontwikkeld dat de arts helpt om achttien mogelijke mentale stoornissen bij patiënten te identificeren. In dit onderzoek werd aan de hand van de PRIME-MD de prevalentie geschat van de meest voorkomende mentale stoornissen in de Belgische...

We ontvingen een lezersreactie van Patrick Verdonck op het artikel ‘Studenten screenen op alcolholmisbruik en -afhankelijkheid. Diagnostische waarde van de CUGE-vragenlijst’ dat in Huisarts Nu 2006;2:87-94 is verschenen. Wij publiceren ze hier samen met een antwoord van de auteurs van het artikel.

In dit tweede artikel van de reeks over Intego worden enkele algemene aspecten over morbiditeit in de eerste lijn besproken op basis van informatie afkomstig van de Integodatabank.

Het Academisch Centrum voor Huisartsgeneeskunde (ACHG) van de Katholieke Universiteit Leuven beheert sinds 1990 een databank met informatie over ziekten, laboresultaten en medicatievoorschriften. Alle gegevens zijn afkomstig van de gestructureerde registratie in het elektronisch medisch dossier (EMD) van huisartsenpraktijken verspreid over heel Vlaanderen. Ophaling, verwerking en bevraging zijn geautomatiseerd. Epidemiologische gegevens worden berekend en ter beschikking gesteld van geïnteresseerde onderzoekers. Dit eerste artikel van deze nieuwe reeks bespreekt een aantal algemene kenmerken...

In ons vervolg op de reeks over Intego behandelen we ditmaal de veelvoorkomende aandoening ‘depressie’. Hoe vaak komt depressie in Vlaanderen voor? Wat is de invloed van geslacht en leeftijd? Bestaat een ‘winterdepressie’ als dusdanig? Hoe groot is de spreiding voor de diagnose tussen de registrerende huisartsen? En hoeveel mensen met een diagnose depressie krijgen antidepressiva? Uit de resultaten blijkt onder meer dat de diagnose depressie quasi niet wordt gesteld in de leeftijdsgroep van 0 tot 14 jaar.

Sinds de jaren 70 van vorige eeuw rapporteert men een alarmerende stijging van de incidentie van huidkanker in Europa. Deze stijging is volgens onderzoek vooral te wijten aan de intermittente blootstelling aan de zon, bijvoorbeeld door het toenemende aantal vakanties in het buitenland. In dit artikel analyseren de auteurs de epidemiologische gegevens van Intego met betrekking tot melanomen en niet-melanoomachtige maligniteiten. Opvallend is de grotere incidentie van melanomen bij vrouwen ten opzichte van mannen.

In dit zesde artikel van de reeks over Intego analyseren de auteurs de incidentiegegevens van 1994 tot en met 2003 met betrekking tot acute urineweginfecties, met name cystitis, pyel(onefr)itis en urethritis. Opvallend zijn de duidelijke geslachtsverschillen tussen de verschillende aandoeningen: pyel(onefr)itis en cystitis komen significant meer voor bij vrouwen; urethritis komt significant meer voor bij mannen.

Dit vijfde artikel van de Intego-reeks bespreekt de incidentiegegevens van herpes zoster over een periode van tien jaar en vergelijkt ze met de registratiegegevens van collega Jef De Loof. Daar waar Intego een stabiele incidentie van herpes zoster doorheen de jaren vindt, tonen de incidentiecijfers tussen 1967 en 2000 van collega De Loof een duidelijke toename van herpes zoster in de loop der jaren.