Menu

De uitgave “Mijn lichaam is ook maar een mens" wil verduidelijken wat het begrip psychosomatiek inhoudt, en hoe het komt dat iemand psychosomatische klachten vertoont.

Deze doctoraatsthesis van een Nederlandse collega beschrijft een epidemiologisch vervolgonderzoek over artrose in de algemene bevolking met bijzondere aandacht voor artrose van de heup.

De vraag naar de bruikbaarheid en het gebruik van sociaal-wetenschappelijk onderzoek is één van de vele vragen die worden gesteld in het kader van de bredere discussie over de relatie tussen onderzoek en beleid.

Automatisatie in de huisartsenpraktijk is een moeilijk bespreekbaar item. Men moet immers eerst zijn eigen praktijkorganisatie doorlichten om precies te weten wat men wil automatiseren.

Dit dunne boekje (slechts 32 bladzijden) bestaat uit twee delen: het eerste deel handelt over groeimonitoring en groeicurves, in het tweede wordt de training van gezondheidswerkers om de groeicurven te gebruiken, behandeld.

Het proefschrift van Thomas Oostendorp ter verkrijging van de graad van doctor, zal vooral de sterk in fysica geïntersseerde arts aanspreken. Het is zeker geen gemakkelijke lectuur. Wie zich onbehaaglijk voelt tussen diagrammen en wiskundige vergelijkingen, neemt dit boek beter niet ter hand.

De uitgave "De opvoeding van kinderen met een visuele handicap” is liet resultaat van een wetenschappelijk ouderbegeleidingsproject, gericht op ouders met een normaal lerend schoolgaand kind, dat blind is.

Van Himmler wordt verteld dat Hippocrates zijn bedlectuur was. De nazi-man leerde er namelijk op zijn manier heel veel van: dit land is ziek, het volk is niet in staat zichzelf te leiden, er moet “chirurgisch” ingegrepen worden: de gangreneuse leden dienen verwijderd...”

"Medisch-sociale zorg bij bejaarden thuis” is het rapport van een onderzoek met als doelstellingen hel inventariseren van organisatievormen van eerstelijnszorg voor bejaarden, het ontwikkelen van een conceptueel kader voor analyse en een toetsing van dit kader.

In verscheidene studies van kleinschalige met geïndustrialiseerde samenlevingen toonden antropologen aan dat medische kennis en het medisch handelen onverbrekelijk verbonden zijn met de cultuur in haar geheel.