Menu

Op het einde van het eerste artikel in deze reeks kwamen we tot het beschrijven van een figuur die de lichaamslengte weergaf van 85 twintigjarige personen. Een gewone tabel met willekeurig de verschillende lengtes in centimeters gaf ons weinig overzicht. Door enkele eenvoudige schikkingen konden we de verschillende lichaamslengtes groeperen en grafisch weergeven in een histogram (FIGUUR 1). Dit histogram is opgesteld door de lichaamslengtes van 85 willekeurig gekozen twintigjarigen (een steekproef van 85mannen) te selecteren uit de totale groep twintigjarige mannen (de populatie van mannen)...

Doordat veneuze insufficiëntie en klachten of esthetische bezwaren tijdens het spreekuur frequent voorkomen, groeit de interesse voor de behandeling van varices. Eerst probeert men een goede diagnose te stellen: Welke zijn de indicaties voor heelkundig ingrijpen, wanneer is sclerotherapie aangewezen, kan de huisarts deze techniek leren? We proberen antwoorden op deze vragen te stellen door te tonen; het geijkte middel is dan uiteraard de fotoreportage.

De in Groot-Brittannië genomen maatregelen in verband met de beperking van salicylaathoudende geneesmiddelen voor kinderen zorgden voor heel wat deining. Er werd in de media op brede schaal ruchtbaarheid aan gegeven. Aan de hand van een literatuurstudie poogt dit artikel de mogelijkheid van een verband tussen het innemen van salicylaten en het voorkomen van het Reye-syndroom in zijn juiste proporties te bespreken.

Chronische slapeloosheid (langer dan drie weken) als disfunctioneel slaapgedrag is vaak te begrijpen vanuit een psychologisch referentiekader; het moet dan ook als dusdanig benaderd worden. Dat betekent dikwijls: verwijzing naar een geschoolde psychotherapeut. Soms geeft de huisarts er de voorkeur aan het gestoorde slaapgedrag zelf psychologisch te benaderen. Hoe zal hij in deze gevallen verantwoord interveniëren ?

Slapeloosheid is vaak niet te situeren in de context van een somatische of psychiatrische pathologie. Als men rekening houdt met de psychologische dimensies van dit disfunctionele gedrag, kan men het vanuit een psychologisch denkmodel benaderen. In de klinische praktijk rijzen er dan wel twee vragen: wanneer zijn psychologische interventies haalbaar en in welke gevallen dient men de patiënt hiervoor naar een geschoolde psychotherapeut te verwijzen ?

Gezondheidszorg voor adolescenten is een niet zo eenvoudige zaak. Zowel de adolescent als de hulpverlener hebben er meer dan eens problemen mee.

Dat jongeren om sociale en psychologische redenen met harde drugs experimenteren en daardoor soms verslaafd worden (7/10.000), staat vast. Er wordt de nodige aandacht aan besteed en negatieve en/of bezorgde reacties zijn niet van de lucht. Dat onze jeugd echter meer alcohol, coffeïne en nicotine (de zogenaamde vrije drugs) gebruikt dan gewenst, wordt in onze consumptiemaatschappij schijnbaar zonder meer aanvaard.

Uit een onderzoek, verricht door het Wit-Gele Kruis in 1982, blijkt dat haar thuisverpleging vooral op ouderen gericht is: slechts een kleine 4 % van de bezochte mensen zijn jonger dan twintig jaar. Jongeren worden soms wel naar het Wit-Gele Kruis doorverwezen voor dringende hulp bij een spoedig herstel of een maximaal herwinnen van de zelfstandigheid. Frequenter echter dan de vraag naar technischverpleegkundige zorgen is het contact van de thuisverpleegkunde met de jongere; tijdens haar bezoek aan de gezinnen verneemt ze immers veel over het gedrag van de kinderen. De hulpverlening is dan een...

In Vlaanderen studeren meer dan 100.000 jonge mensen aan universiteiten of hogescholen. Wanneer ze achttien jaar oud zijn, verlaten ze hun vertrouwde omgeving om gedurende drie tot zeven jaar te studeren, te wonen en te leven in de stad waar het onderwijs gegeven wordt. Studenten zijn jonge mensen: men mag dus verwachten dat de meesten over een goede gezondheid beschikken. Toch zijn er specifieke gezondheidsproblemen, eigen aan hun adolescent- en student-zijn.

Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad, maar sinds 1 september is het dan toch zover : de vernieuwing van de schoolgezondheidszorg is eindelijk een officieel feit geworden, nadat er jaren over vergaderd en al even lang rond geëxperimenteerd is geworden. De centra, waarvan vorig schooljaar tenminste één equipe het experimentele programma al uitvoerde, moeten vanaf 1 september 1985 volledig volgens de nieuwe regels werken. De overige centra volgen voorlopig nog de vroegere manier van werken, maar ze moeten tegen 1 september 1986 klaar staan voor de omschakeling.