Menu

Nefropathie is een onafhankelijke risicofactor voor cardiovasculaire comorbiditeit en mortaliteit en is zelf een indicatie van eindorgaanschade. De achteruitgang van de nierfunctie kan vertraagd of zelfs voorkomen worden, dankzij een goede behandeling van de risicofactoren en het instellen van een behandeling. Uit de literatuur blijkt dat een RAAS- inhibitor een goede invloed heeft op de nierfunctie, anderzijds is nierinsufficiëntie een contraindicatie aangezien de nierfunctie kan dalen bij het gebruik hiervan. In deze studie is er prospectief (n=30) in 20% van de gevallen een GFR-daling sinds...

Slechts een klein deel van de patiënten met chronische nierinsufficiëntie zal uiteindelijk evolueren naar terminaal nierfalen en nood hebben aan niervervangende therapie. Er zijn twee belangrijke indicatoren die enigszins deze evolutie kunnen voorspellen. Enerzijds is een snelle achteruitgang van de glomerulaire filtratieratio (GFR) een voorspellende factor; anderzijds is de proteïnurie een marker voor glomerulaire schade. De albumine-creatinineverhouding blijkt een haalbare en voldoende gevalideerde test voor de opsporing van proteïnurie in de huisartsenpraktijk. Het gebruik van deze test...

Duizeligheid is een frequente klacht én een diagnostische uitdaging voor de huisarts. Als de patiënt een niet-westerse achtergrond heeft, is die uitdaging nog groter. Het is dan belangrijk om tijdens de anamnese de klachten en symptomen juist te benoemen en te communiceren. Klinisch onderzoek is vaak weinig discriminerend. De indeling van duizeligheid in vertigo, presyncope, disequilibrium en niet-specifieke duizeligheid blijkt bovendien vaak niet zinvol. Symptomen zoals episodeduur en uitlokkende factoren hebben meer gewicht en blijken beter te discrimineren.

Huisartsen hebben nood aan een onderbouwd en op de praktijk gericht zorgprogramma voor palliatieve patiënten. Op basis van het Engelse ‘Golden Standards Framework’ besloot de werkgroep Palliatieve zorg van Domus Medica hierover een project op te starten, dat resulteerde in het ‘Huisarts in Programma Palliatieve Zorg (HiPP). Dit programma wil mee bijdragen aan een verbetering van de organisatie en kwaliteit van de zorg tijdens de laatste levensfase, zowel voor de patiënt als zijn omgeving. Dit artikel is een samenvatting van het onderzoek in het kader van een master-na-masterthesis...

Mindfulness- en cognitieve gedragstherapeutische technieken kunnen de huisarts helpen in de begeleiding van patiënten die lijden aan chronische pijnen, depressie, vermoeidheid,… Milde open aandacht in een geduldige opbouwstrategie is daarbij een essentiële voorwaarde. De patiënt krijgt hierdoor de nodige ruimte om zich de technieken eigen te maken en er zelf op een creatieve en persoonlijke manier mee aan de slag te gaan. In dit artikel worden enkele leerpunten vanuit de cognitieve gedragstherapie en mindfulness toegelicht aan de hand van twee patiëntenverhalen.

Met dit derde artikel in de reeks over suïcidepreventie willen we huisartsen een leidraad bieden om suïcidaliteit bij hun patiënten te detecteren en om het risico op effectief suïcidaal gedrag in te schatten. We beperken ons daarbij tot suïcidaliteit bij volwassenen en ouderen zonder ernstige psychotische stoornissen.

Het aantal patiënten met diabetes type 2 die met insuline worden behandeld in de eerste lijn, neemt alsmaar toe. Het toegepaste insulineschema is afhankelijk van de leef- en werkomstandigheden van de individuele patiënt. Insulinedosisaanpassingen zijn een vaardigheid die elke huisarts goed moet beheersen. In dit artikel worden de in de eerste lijn meest gebruikte schema’s besproken en geïllustreerd met enkele voorbeelden. Een kunstmatig onderscheid maken voor de geïnteresseerde huisarts in het begeleiden van patiënten met enkel één tot twee injecties en patiënten met meer dan twee injecties is...

De omvang van de met suïcide gerelateerde gezondheidsproblemen werd in het artikel ‘Suïcaal gedrag: Epidemiologie en risicofactoren’ van G. Portzky (Huisarts Nu 2010;39:12-20) uitvoerig besproken. In dit artikel willen we de taak van de huisarts met betrekking tot suïcidepreventie nader toelichten en de huisarts ondersteunen in het begeleiden van adolescenten, volwassenen en ouderen met suïcidale gedachten en van hun directe omgeving. Suïcidepreventie bij kinderen onder de 15 jaar vraagt een specialistische begeleiding en wordt hier niet behandeld. Voor de algemene aanpak van depressie wordt...

Slaapproblemen komen vaker voor bij kinderen dan we op het eerste zicht merken: ongeveer één kind op drie krijgt er vroeg of laat mee te kampen. Bij kinderen wordt 80% van de slaapproblemen veroorzaakt door verkeerde slaapgewoonten. Mits het toepassen van een aantal eenvoudige maar erg belangrijke basisregels kunnen de meeste slaapproblemen redelijk vlot worden opgelost. Aan de hand van enkele typische casussen wordt in dit artikel uitgelegd hoe een kind terug goed kan leren slapen.

COCON staat voor de beginletters van vijf opeenvolgende vragen of interventies bij de eerste opvang (intake) van de klacht slapeloosheid. Dit biedt de hulpverlener een gericht houvast om vlot de klachten na te vragen, een juiste diagnose te stellen, snel uit te sluiten of medicatie noodzakelijk is en een niet-medicamenteus beleid te starten. Door dit bruikbaar alternatief is hij ook in staat om minder slaapmiddelen voor te schrijven.