Menu

De biologische mechanismen waardoor zwangere vrouwen in kwetsbare levensomstandigheden belaagd worden, komen stap voor stap in beeld. Dat biedt aanknopingspunten om interventies op te volgen via het registreren van biologische parameters. Het uiteindelijk doel is het creëren van een leefklimaat voor de moeder waarbij het ongeboren kind zich optimaal kan ontplooien.

Er kon geen stijging aangetoond worden in de suïcidecijfers de eerste maanden na de COVID-19-periode. Het viel echter op dat het moeilijk was om wereldwijde data met elkaar te vergelijken. Desondanks blijft het raadzaam om als huisarts waakzaam te blijven voor deze problematiek.

Een mogelijke definitie van longcovidsymptomen zijn ademhalingsmoeilijkheden, pijn op de borst, irritatie van de keel, pijn/moeilijkheden bij het ademen, spierpijnen, anosmie, ageusie, afwisselend warmte/koude, tintelingen in de ledematen, algemene vermoeidheid en een zwaar gevoel in armen en/of benen. Vrouwen bleken langer last te hebben van deze symptomen dan mannen.

Het regelmatig uitvoeren van hoge fysieke activiteit (150 minuten per week) of matige fysieke activiteit (60-150 minuten per week) lijkt niet-gevaccineerde covidpatiënten te beschermen tegen ziekenhuisopname, opname intensieve zorgen of sterfte.

Verschillen in perceptie tussen adolescenten met obesitas, hun zorgdragers en professionele zorgverstrekkers onderstrepen de nood aan meer aandacht voor communicatie, overleg en educatie. Adolescenten vinden het belangrijk om obesitas vroegtijdig aan te kaarten met hun zorgverlener maar hebben nood aan een niet-beoordelende, zorgzame en ondersteunende stijl.

Patiënten met een immuunstoornis, en vooral patiënten met een orgaantransplantatie, reageren minder goed op vaccinatie tegen COVID-19. Dat blijkt uit een recente meta-analyse van onderzoekers uit Singapore. Het is aangewezen om de vaccinatie van patiënten onder immuuntherapie nauwkeurig in te plannen op een moment dat het immuunsysteem hiervoor maximaal klaarstaat.

Actief stimulerend werk beschermt tegen dementie, vergelijkbaar met een aantal andere beschermende factoren zoals sport en laag alcoholgebruik. Dit vertaalt zich in een lagere concentratie van plasmaproteïnen die nadelig zijn voor de hersenen.

Deze studie toont dat er in een diverse stadspopulatie grote verschillen kunnen bestaan in cardiovasculair risico bij etnische en socio-economische subgroepen. In plaats van landen te classificeren als hoog- of laagrisico is het noodzakelijk deze subgroepen per land te identificeren en vervolgens preventief gerichter op te volgen.

Uit deze studie blijkt dat jongvolwassenen (18-24 jaar) het grootste risico lopen op toekomstige gewichts- en BMI-toename. Andere sociodemografische factoren hebben een zwakkere absolute en relatieve associatie met gewichtstoename. Jongvolwassenen lijken dus een belangrijke opportuniteit te vormen voor toekomstige preventiecampagnes tegen obesitas.

In maart 2020 zorgde de start van de COVID-19-pandemie voor nooit eerder geziene logistieke en klinische uitdagingen. In België reageerde de huisartsgeneeskunde snel en ze reorganiseerde de eerstelijnszorg, ook tijdens de weekends.