Tussen de congenitale misvormingen van de thorax verdienen de trechter- en kippeborst onze aandacht: ribafwezigheid en sternumfissuur zijn daarentegen erg zeldzaam. Borstwandmisvormingen worden sinds de oudheid beschreven doch komen slechts sinds de jaren 1920 in aanmerking voor behandeling. Van 1920 tot op heden evolueerde de interpretatie van deze aandoening op een drastische wijze. Een beter inzicht in de fysiologische en psychologische sekwellen vormen de grondslag van de huidige terapeutische houding.