Menu

Yassin is mijn 32ste patiënt die dag. De voorbije weken zag ik hem vaker dan me lief was (alles is relatief in de gevangenis…). Meestal consulteerde hij met een verschrikkelijke (uiterste onmogelijk te objectiveren) pijnklacht waarmee hij rechtvaardigde opnieuw een verhoging van zijn dagelijkse dosissen tramadol op te eisen. De ene keer vriendelijk en manipulatief. Een andere keer werd er al eens gescholden in een Arabisch dialect, waarbij ik enkel zeer gevoelsreflectief kon hummen en hem vriendelijk naar de deur begeleiden als er (weeral) geen einde aan kwam.

Onder dokters wordt weleens gezegd dat een huisarts een afspiegeling is van zijn patiënten, of ze tenminste verdient. We leven in een wereld van expert opinions, dus ik laat het aan elke lezer om dit zelf na dit verhaal te beoordelen.

Vrijdag 15 oktober 2020. Er komt een mail binnen van LEIFAntwerpen: ‘Huisarts-in-opleiding zoekt een arts die in contact kan komen met een patiënte en de vraag naar euthanasie kan beoordelen, eventueel ook om de euthanasie uit te voeren.’

Mocht er een olympische medaille bestaan voor hypochondrie, dan wint Didier met de vingers in de neus de gouden plaque. Didier is een krasse slanke zestiger, wandelt veel, speelt trompet op hoog niveau en geniet, zoals men zegt, van een welverdiend pensioen. Dat pensioen geeft hem echter meer tijd om zijn symptomen uit te vergroten, zodat somatiseren een soort onbetaalde flexijob is geworden.

Michels papa is heel oud geworden, wel negentig. Hij was een artisanaal ijsventer, maakte ambachtelijk ijs, specialiteit banaan en pistache. Wie kan nu tegen ijs, dat het leven verlengt, zijn? Mocht de prijs van ijs door de stijgende grondstoffen pieken, dan wordt dit toch gesubsidieerd. Alles voor de gezondheid, toch? Met een beetje verbeelding kun je het groen als blauw zien en is er nog eens steun voor de correcte strijdende partij.

Ghislain is een klassieke Franse voornaam met Germaanse roots. Het betekent ‘speer’ en daar heeft deze patiënt ook iets van weg: ranke verschijning, ondanks zijn 74 jaar, die zich door het leven spietst, altijd gehaast, te voet of op zijn elektrische fiets de lucht doorklievend.

Vijfentwintig lentes maar ook winters, zit voor mij, wenend. Ze komt op gesprek, net zoals haar mama dat vroeger deed. Ik reik de zakdoeken aan.

Zoals het een Noël betaamt, is hij geboren op kerstdag, enkele jaren na de Tweede Oorlog. Goed bewaard, wat van z’n broers en zussen niet gezegd kan worden, want die hebben op relatief jonge leeftijd het tijdelijke met het eeuwige verwisseld wegens hartfalen, na één of meerdere infarctjes.

Rachida is een vijftigjarige niet-van-­hier-patiënte, die uit Marokko via een verblijf in Spanje in onze straat is beland. Als ik aan haar denk, zie ik alleen één grote glimlach en stralende ogen in haar hoofddoek.

Raymond heeft ons verlaten, eer­gisteren, wellicht in de late nacht. Het tijdstip van overlijden kon niet met zekerheid worden vastgesteld. Hij was overigens niet gekend met zware pathologie.