In de algemene bevolking doet loodintoxicatie of saturnisme zich als een ongeval voor, meestal door inname van het metaal. Voornamelijk kinderen zijn kwetsbaar en voor preventie is een belangrijke taak weggelegd.

Niet insuline dependente diabetes is een frequent voorkomende maar ook ernstige aandoening die op termijn invaliderend en levensbedreigend kan evolueren. Een vroege diagnosestelling is dus onontbeerlijk. Uit onderzoek blijkt evenwel dat de glucosurie-methode voor omvangrijke screening onvoldoende is. Hel aantal diagnoses die gemist worden, is nog te groot.

De literatuur in verband met influenza leert heel wat over de epidemiologie van deze aandoening, doch over de epidemiologie van het vaccineren zelf zijn heel wat minder studies verricht. Daartoe registreerden een aantal huisartsen gedurende een periode van vier maanden gegevens in verband met de jaarlijkse griepvaccinatie. Risicocategorieën, motivatie en leeftijdsverdeling komen in de studie ondermeer aan bod.

In Huisarts Nu 17 (1988) 9, 473-477 kon u ons verslag lezen van het internationale VHI-jubileumcongres (Antwerpen, 21 en 22 oktober 1988) Brendan O'Shea heeft er een referaat gehouden over zijn studie in Dublin van de sociale omgeving van HIV-positieven en hun intiemste niet-professionele verzorgers (blz. 474). Wij vroegen hem toen de eerste resultaten van zijn onderzoek nu al in Huisarts Nu te publiceren. Hij heeft snel gereageerd, wij hebben in extremis voor een vertaling gezorgd en zo kon zijn pilootonderzoek nog in dit HANU-themanummer over AIDS opgenomen worden. De auteur wil vooral de...

Bij de voorbereiding van de topic over technologie die in verschillende provincies gebracht werd naar aanleiding van het vijfentwintigjarige bestaan van de WVVH, hebben wij nagegaan in hoeverre de Vlaamse huisarts in zijn Nederlandstalige vakliteratuur geïnformeerd werd over een aantal technologische hulpmiddelen waarover momenteel veel gesproken wordt. Wij wilden weten in hoeverre een Nederlandstalige huisarts door het volgen van de literatuur geïnformeerd wordt over de nieuwe ontwikkelingen op dit terrein en in hoeverre hij hier hulp vindt voor beslissingen over het al dan niet inschakelen...

Aan het einde van 1987moest de Maasmechelse Huisartsenvereniging beslissen of het wenselijk was een polikliniek in de gemeente op te richten. Aan de voorbereidingen van deze beslissing hebben vrijwel alle plaatselijke huisartsen deelgenomen door hun medewerking te verlenen aan een drie weken durende registatie van alle verwijzingen naar specialisten.

Op dit ogenblik wordt het sedimentonderzoek in de meeste huisartsenpraktijken als criterium gebruikt voor het al of niet stellen van de diagnose «urineweginfectie» (naast de dipslidecultuur, waarvan het resultaat echter slechts later bekend is). Daarom hebben we in deze studie nagegaan in hoeverre de resultaten van een rechtstreeks onderzoek overeenkomen met die van het (tot nader order als referentie gebruikte) klassieke sedimentonderzoek. We gebruiken daarvoor de definities en berekeningswijzen zoals vermeld door F. Sturmans en D. Avonts en P. Embrechts.

Onlangs las ik een specialistisch navormingsartikel voor huisartsen. Daarin werd gepretendeerd dat het vaststellen van extrasystoles, ook van ventriculaire extrasystoles, in ieder geval gevolgd moet worden door een uitgebreid cardiologisch onderzoek met een EKG, een inspannings-EKG, een Holterregistratie, aangevuld door nog andere, meer gesofisticeerde onderzoekingen. Ik kreeg toen weer dat nare gevoel dat huisartsen en specialisten de wereld en de patiënten van een verschillende kant bekijken. Hoewel we dezelfde definities hanteren, praten we dikwijls langs elkaar heen. We lijken wel aan...

Er is weinig bekend over de waarde van bijscholing voor huisartsen. Naast het feit dat het een door iedereen gewaardeerd ontmoetingsmoment is, zijn er aan een studiedag nog andere aspecten. Zo is er het concreet na te streven doel: het functioneren van de huisarts verbeteren om zo de zorg voor de patiënt te optimaliseren. Belangrijk daarbij is dat de huisarts zich competenter gaat voelen, meer dingen zelf gaat doen en minder snel verwijst. Naar aanleiding van de studiedag van 1 mei 1986 voor gevestigde huisartsen, georganiseerd door de commissie Praktijkvoering van de W. V. V.H., leek het ons...

In de loop van 1984-1985 gebeurde erin de gemeente Maasmechelen gedurende een jaar een onderzoek naar het effect van een sensibiliseringscampagne op het aantal gemaakte cervixuitstrijkjes. Over de resultaten van dit onderzoek zal binnenkort in dit tijdschrift gerapporteerd worden. Om een reëel beeld te hebben van het aantal vrouwen waarbij een regelmatig uitstrijkje wenselijk zou zijn, moeten we een idee hebben van het aantal patiënten die geen baarmoeder meer hebben, met hun verdeling over de verschillende leeftijdsgroepen. Hiervoor werd parallel aan het lopende PAP-onderzoek een...