Menu

Hoewel Magali mooie vooruitgang had geboekt tijdens de opname in het Zeepreventorium, maakte haar moeder zich zorgen. Ze vreesde dat het thuis niet zou lukken. Magali was te chaotisch, had wisselende stemmingen en haar emoties konden alle kanten op gaan. De ene dag ‘ja’ en de volgende dag een resolute ‘nee’. Naar mijn gevoel perfect normaal pubergedrag, maar Magali’s moeder was hier niet van overtuigd.

Frederik, lees ik in het nieuwe dossier, is geboren in de warme zomer van 1976. Hij is net ontslagen uit de gevangenis en wil daar absoluut niet terug belanden, zegt hij.

Enerzijds is er sprake van ‘fatshaming’ en worden mensen met obesitas onheus behandeld, maar anderzijds is er de tegenbeweging van ‘bodypositivity’.

Simona is gezegend met drie kinderen, twee dochters en een zoon, die elk wel een trekje van haar hebben: eigenwijs en snel boos.

Jasper, vijftien jaar oud, kwam binnen in het Zeepreventorium zoals zoveel jongeren dat doen: schoorvoetend en met een blik ergens tussen onverschilligheid en lichte irritatie. Hij wist waarom hij hier was. “Obesitas kan gevaarlijk zijn”, had de huisarts gezegd.

Marcus, een rijzige elfjarige met schoenmaat 45, zit voor mij met z’n papa. Hij is een virtuoos met de piano, maar heeft het moeilijk op school.

Idris, vijftien jaar, had al eens eerder in ons centrum verbleven. Nu, een jaar later, komt ze opnieuw in opname. Niet alleen met meer bagage, maar ook met meer kilo’s dan voorheen. Haar schouders lijken het gewicht van haar eigen teleurstelling te dragen.

Zo wordt een Jean-Pierre hier aangesproken. Het is een grapje geworden waarmee ik hem begroet, als hij op consultatie komt. Niet dat een raadpleging met de man in een grappige sfeer verloopt.

De jaarlijkse virale vlaag trekt weer door de leefgroep. Eén ding moet je die virussen wel nageven, je kunt rekenen op hun aanwezigheid.

Ik heb er al een ochtendblok opzitten, de eerste dag van de werkweek. Zoals steeds start ik die met de bede en belofte, vooral aan mijzelf, dat ik het kalm en rustig zal houden.