Menu

In het kader van GVO-programma's zijn de adolescenten nagenoeg de enige doelgroep die — door hun specifieke kenmerken — zelf mee de strategie bepalen waarmee ze aangepakt zullen worden. Met GVO (gezondheidsvoorlichting en -opvoeding) bedoelen we het geheel van methoden en middelen om informatie te geven, om inzicht te verwerven en om de factoren die de gezondheid bedreigen, te leren hanteren.

De effecten van het milieu op de adolescent: een te complexe problematiek om snel even exhaustief te behandelen. Bovendien zijn er evenveel vormen van adolescentenproblemen als er adolescenten zijn... Het kan dus niet anders dan een algemene benadering worden. Veralgemeningen zijn evenwel steeds abstracties, die in de realiteit dus niet bestaan. Deze relativering niet toelaten — omdat ze ervaren wordt als onzekerheid of onveiligheid — maakt het werken met mensen onmogelijk; het is overigens op zich al een van de oorzaken die aan de basis liggen van heel wat problemen met jongeren, zowel op...

In het volwassen worden van jonge mensen is het leren omgaan met seksualiteit en het opbouwen van relaties een belangrijke opdracht. Dit emotionele gebeuren is zo complex dat het moeilijk lijkt een technische materie als anticonceptie erin te integreren. Het spontane, niet berekende kan in de ogen van veel jongeren niet zo goed samengaan met koele redeneringen over: wanneer kunnen we veilig vrijen? Veilige anticonceptie heeft als doel de partners in staat te stellen zonder angst voor een ongewenste zwangerschap hun relatie spontaan en volledig te beleven. Zo krijgt de relatie de tijd om open...

Dit artikel wil een ruimer kader schetsen voor en een inleiding zijn op de problematiek van de adolescent in de gezondheidszorg. Deze bijdrage valt uiteen in een viertal delen. Allereerst wordt een situering en definiëring gegeven van de adolescentie. Vervolgens gaan we in op de specifieke mortaliteit en morbiditeit van deze leeftijdsgroep. In een derde deel wordt het bestaande hulpverleningsaanbod voor jongeren belicht. In het laatste deel richten we ons tot de huisarts met een overzicht van de problemen van adolescenten waarmee de huisarts in zijn spreekuur geconfronteerd wordt.

Veel huisartsen voelen zich wat onwennig bij een samenwerking met diensten op de eerste lijn. Als huisarts krijg je immers nogal eens het gevoel buiten spel te staan: vaak heb je weinig inbreng in de aard en de duur van de hulpverlening en bovendien weet je niet precies welke hulpverlener uit de dienst bij de patiënt zal komen. Wil de hulpverlening echt gecoördineerd verlopen, dan zijn er duidelijke afspraken nodig. Samenwerkingsprotocollen geven een omschrijving van het kader waarbinnen afspraken gemaakt kunnen worden. Dit artikel brengt het verslag van eerste ervaringen met...

Methodisch Werken is een hulpverleningsmodel dat via een weldoordachte werkwijze haalbare afspraken probeert te realiseren om te reageren op de vragen van de patiënt. Dit vraaggerichte werken vervangt het klassieke klachtgerichte werken, wat consequenties heeft voor de werkwijze van de huisarts. In het klassieke model van het spreekuur is immers geen specifieke ruimte voorzien voor de vragen van de patiënt naar de huisarts toe Methodisch Werken is niet alleen een andere manier om het contact tussen de arts en de patiënt te bekijken; de relatie zelf waarin ze met elkaar samenwerken, wordt een...

In dit artikel willen we het hebben over twee aspecten van het onderzoek in verband met hersenletsel: de vroegdiagnose en de screeningsprocedures bij zuigelingen enerzijds, de revalidatie en de ontwikkeling van het kind met een hersenletsel anderzijds. We willen daarbij vanuit recente onderzoeksgegevens kritische vragen stellen bij het traditionele, deterministische denkparadigma over hersenletsels, modellen formuleren die beter bij die gegevens passen en suggesties doen naar de arts toe over het in de praktijk omgaan met deze nieuwe modellen

Het heeft weinig zin het probleem van de 900 ten huize afzonderlijk te bekijken in de dringende medische hulpverlening. Er zijn inderdaad ook de ongevallen en ziektes op de openbare weg of in openbare plaatsen, de mensen die zich spontaan in de kliniek aanbieden, de psychiatrische en sociale urgenties, de intramurale urgenties, enzovoort. Een vingerwijzing krijgen wij van een enquête gevoerd door de nationale raad van ziekenhuisvoorzieningen, afdeling programmatie: in gans het land zijn slechts 20% van de urgenties die in een ziekenhuis aankomen, afkomstig van de dienst 900. Het isoleren van...

We brachten vorige maand een overzicht van de toetsingsactiviteiten in Nederland. Vlaanderen kan geen vergelijkbaar palmares voorleggen, wat niet wil zeggen dat er niets vergelijkbaars leeft in Vlaanderen. Balintgroepen met de meest diverse samenstellingen schieten als paddestoelen uit de grond. Vele navormingsactiviteiten van regionale kringen en van universiteiten nemen spontaan een vorm aan ( = een kleine groep) waarin aan onderlinge toetsing wordt gedaan. Tenslotte kreeg het stagegedeelte van de specifieke beroepsopleiding wettelijk dezelfde vorm mee. In Vlaanderen is de maatschappelijke...

Uitgangspunt van de officiële instanties voor de inschakeling van de huisarts in opsporingsonderzoek is dat 70 à 80 % van de bevolking jaarlijks bij de huisarts komt. Kenmerkend voor deze contacten is echter dat de vraag naar zorgen uitgaat van de patiënt. Moet de arts zich evenwel alleen bezighouden met de klachten van zijn patiënten ? Op welke manier kan hij eventueel andere problemen ter sprake brengen ? De meerderheid van de algemeengeneeskundigen staat inderdaad een meer omvattende rol van de huisarts voor. Deze tekst wil aanzetten tot nadenken over de motivatieproblemen die dit oproept...