Menu

In het begin van de voorbije zomer legde ik enkele malen een huisbezoek af bij een missiezuster die haar zes maanden verlof bij haar ouders in onze gemeente doorbracht.

Tot ik onlangs de editorialen van de vorige jaargang van Huisarts Nu (jaargang 1990) er op na sloeg, besefte ik niet met welk waanzinnig aantal taken en opdrachten de voorzitter en de medevoorzitters van de WVVH de actieve Vlaamse huisarts opzadelen. De huisarts moet zijn vak als kunst en kunde bedrijven met aandacht voor preventie, psychosociale aspecten. thuiszorg en wetenschappelijk onderzoek. Hij moet hard werken aan zijn navorming, hij mag de kwaliteitsverbetering niet uit het oog verliezen en hij moet alle aandacht hebben voor het Centraal Medisch Dossier.

In Huisarts Nu van 5 maart 1990 (blz. 57) konden we van de hand van collega Patrick Wyffels het volgende lezen: “Tot de valkuil behoort dus ook het als huisarts niet kritisch staan ten opzichte van de diagnoses van de specialist” en “Als huisarts staan we weer niet kritisch tegenover de specialist die in casu met dezelfde middelen werkt, maar ze onvoldoende gebruikt." Wij vonden dit toen, en vinden dit nog steeds de beste uitspraak die sedert jaren in ons lijfblad Huisarts Nu is verschenen.

Bij het begin van het laatste decennium van de 20ste eeuw wensen we over de toekomst van ons huisarts-zijn en van onze Vereniging te reflecteren. Hoe wordt de grote doelstelling van kwaliteitsverbetering van de huisartsengeneeskunde vertaald naar de noden van een nabije toekomst? De denktank die de Centrale Raad van de Vereniging toch is, moet hier echt vooruit denken en zo de toekomst voor zijn. Dankzij de contacten met de basis moet voldoende aanbreng en uitwisseling mogelijk zijn, opdat binnen deze groep de blauwdruk voor het huisarts-zijn van de komende jaren wordt uitgetekend.

Met veel interesse begon ik aan het artikel “Het adolescentensyndroom ” in de Huisarts Nu-editie van september (1990, nummer 7, blz. 317-319). De invloed van emotie en welbevinden (ook) op huidziekten is inderdaad een interessant onderwerp dat dicht bij de huisarts staat en de psychodermatologie zal over enkele jaren, samen met bijvoorbeeld de psychoimmunologie, wel volop haar verdiende erkenning krijgen.

Op het SIMG-congres van september jongstleden werd beslist dat het volgende congres van september '91 als thema "Health Problems of Modern Civilization" krijgt. En wat doet de WVVH nu met zo’n hoofding, dachten wij hier onmiddellijk bij: onze Vereniging spant zich in om zoveel mogelijk huisartsen te helpen bij het oplossen van hun dagdagelijkse praktijkproblemen.

Wat doe je, of wat kan je doen als huisarts wanneer je met een vraag naar preventie in je huisartsenpraktijk geconfronteerd wordt. Welke sociale verantwoordelijkheid draag je erin?

Het wordt steeds meer duidelijk dat preventieve geneeskunde een huisartsgeneeskundige bezigheid bij uitstek is. De monografie "Algemene Preventie in de Huisartsenpraktijk" van de WVVH is in deze context zeker een mijlpaal.

Naar aanleiding van een recent rapport omtrent "Operation 1992" van de EEG leek het mij nuttig enige bedenkingen te formuleren omtrent de WVVH in een breder Europees perspectief.

Tot onze grote verwondering lazen wij in Huisarts Nu van 5 mei 1990 de basisstellingen voor een progressieve eerstelijnsgezondheidszorg én een oproep aan de progressieve huisartsen.