Menu

Patiënten die lichamelijke klachten presenteren zonder dat duidelijke organische afwijkingen kunnen worden gevonden (‘somatiserende patiënten’), komen frequent voor in de huisartsgeneeskunde. De grootste groep wordt gevormd door patiënten die acuut of transiënt somatiseren, meestal naar aanleiding van toegenomen stress en ongerustheid over hun lichamelijke klachten. Deze patiënten kunnen het best worden geholpen door een geruststellend somatisch onderzoek en, zo nodig, het veranderen van hun visie op hun klachten (‘psychologische reattributie’). In het beste geval brengt de huisarts deze...

Verschillende rapporten geven aan dat laaggeschoolde allochtone tieners meer risico lopen op een seksueel overdraagbare aandoening (soa) dan autochtone tieners. Anderzijds wees een focusgroepenonderzoek uit dat Marokkaanse jongeren een positieve houding hebben ten opzichte van condoomgebruik; ze stelden zelfs vaker een condoom te gebruiken dan hun Belgische leeftijdsgenoten. Het doel van deze studie is het in kaart brengen van de determinanten van gedrag, opleiding, opvoeding en maatschappelijke waarden die het condoomgebruik bij laaggeschoolde adolescenten van verschillende herkomst...

Startende huisartsenkoppels overwegen vaak om samen in één duopraktijk te beginnen. In de praktijk blijken hierover zowel succesvolle als minder succesvolle verhalen te bestaan. Specifieke aanbevelingen over deze samenwerking zijn in de internationale wetenschappelijke literatuur nog niet voorhanden.

Er is nog weinig geweten over de omvang en aanleiding van opsporing van diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk. Daarom werd in 2005 en 2006 een registratiestudie opgezet in de Belgische Huisartsenpeilpraktijken. Hierin werd nagegaan wat de aanleiding is tot de eerste positieve glykemiebepaling en wat de incidentie van diabetes is, vastgesteld op basis van herhaalde abnormaal verhoogde glykemiewaarden.

De omvang van de met suïcide gerelateerde gezondheidsproblemen werd in het artikel ‘Suïcaal gedrag: Epidemiologie en risicofactoren’ van G. Portzky (Huisarts Nu 2010;39:12-20) uitvoerig besproken. In dit artikel willen we de taak van de huisarts met betrekking tot suïcidepreventie nader toelichten en de huisarts ondersteunen in het begeleiden van adolescenten, volwassenen en ouderen met suïcidale gedachten en van hun directe omgeving. Suïcidepreventie bij kinderen onder de 15 jaar vraagt een specialistische begeleiding en wordt hier niet behandeld. Voor de algemene aanpak van depressie wordt...

De vier universitaire centra voor huisartsgeneeskunde zijn inmiddels uitgegroeid tot volwaardige academische onderzoekscentra. Heel wat collega’s verlenen er hun medewerking aan onderzoeksopdrachten. Willen zij het in de academische wereld waarmaken, dan moeten zij ook internationaal publiceren. Deze rubriek wil meer ruchtbaarheid geven aan het vaak uitstekende werk van onze collega-onderzoekers. In deze rubriek worden een reeks publicaties kort besproken. Publicaties die meer klinisch relevant zijn voor de huisartsenpraktijk, worden als vertaling in Huisarts Nu opgenomen.

Het vaststellen van de langetermijneffecten van de behandeling van otitis media acuta met antibiotica bij kinderen jonger dan twee jaar.

In het kader van een masterproefproject (zie blz. 26) werd onze huisartsenpraktijk tijdens het registeren van soa-consulten (seksueel overdraagbare aandoeningen) geconfronteerd met twee casussen waarin de opvolging van afwijkende cervixuitstrijkjes slecht verliep.

De laatste jaren is er opnieuw een stijging van het seksueel risicogedrag. Dit resulteert in een toename van symptomatische en asymptomatische soa zoals chlamydia. Gerichte opsporing is belangrijk. De huisarts kan een centrale rol spelen in de zorg voor patiënten met een soa, maar een soa-consult wordt als moeilijk ervaren en vaak onvolledig uitgevoerd.

De meerderheid van de Turkse en Marokkaanse immigranten in België zijn moslims en willen deelnemen aan de jaarlijkse ramadanmaand. Diabetespatiënten die van zonsopgang tot zonsondergang vasten, lopen risico op ernstige complicaties: dehydratie, hypo- en hyperglykemie, ketoacidose en trombose. Het is niet gekend hoeveel diabetespatiënten met moslimachtergrond de ramadan volgen in een niet-moslimland en hoe zij omgaan met hun medicatie en behandeling.