Menu

Het onbehagen over de huidige hulpverlening is groot. De sterk gebureaukratiseerde en geprofessionaliseerde hulpverlening blijkt voor een groot aantal problemen geen adekwate oplossing te kunnen bieden. De kritiek wordt gehoord dat de bestaande hulpverlening haar idealen niet waar maakt, kliënten van haar afhankelijk maakt, en zelf in hoge mate haar eigen markt kreëert (Achterhuis, 1979). Het is duidelijk dat nieuwe wegen moeten worden ingeslagen. Een dezer dagen verschijnt bij de uitgeverij Van Loghum Slaterus een losbladig naslagwerk « Zelfhulptechieken» dat een dergelijke weg aanwijst...

Leven en dood, vreugde en pijn, gezondheid en ziekte, geneesheer en patiënt: deze tema's hebben door de tijden heen steeds de aandacht getrokken van de mens én van de maatschappij.

In het vorige artikel behandelden we vragen stellen vanuit het niveau waarop vragen kunnen gesteld worden en vanuit de dimensies ’open en gesloten vragen’, ’direkte en indirekte vragen’ en ’veel of weinig vragen’? In dit tweede artikel gaan we vooral in op een aantal technieken die van belang zijn bij vragen stellen als doorvragen, parafraseren, spiegelen, konfronteren en evalueren. Eerst echter nog iets over ’moeilijke vragen’.

Een havenstad zoals Antwerpen heeft al altijd te maken gehad met importziekten. Niet zonder reden is hier een Instituut voor Tropische Geneeskunde gevestigd. Nochtans was tot vóór een aantal jaren bijna uitsluitend de exotische patologie van de volwassene belangrijk. Wij krijgen echter in toenemende mate te maken met kinderrijke gezinnen van migranten die daarenboven nog zeer regelmatig in kontakt blijven met hun thuisland. Het is dan ook begrijpelijk dat de pediatrische aspekten van de subtropische en tropische ziekteleer hier bij ons steeds belangrijker worden.