Menu

De juiste etiologie van infecties van urethra, cervix en rectum zijn niet altijd makkelijk op te sporen. De afnames voor microbiologisch onderzoek zijn geen pretje voor de patiënt én de arts. Het transport is delicaat om geen biologisch materiaal te verliezen. En ten slotte is de verwerking in het labo geen eenvoudige zaak. Alhoewel, gooi alles maar in een PCR en dan komt het wel goed... Dat klinkt eenvoudig, makkelijk, maar is niet altijd de beste optie.

In maart 2019 bracht het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg of KCE een nieuwe richtlijn uit over de diagnose en aanpak van gonorroe en syfilis. Analoog hieraan verscheen in december 2019 een richtlijn over de diagnose en aanpak van chlamydia, uitgewerkt door de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn (WOREL, EBpracticenet). Beide richtlijnen zijn een antwoord op de stijgende incidentie van seksueel overdraagbare aandoeningen of soa’s wereldwijd alsook in België.

Het gesprek zelf op seksuele gezondheid brengen tijdens het consult is niet evident, al blijkt het vaak noodzakelijk. Daarom ontwikkelde Sensoa de ‘Onder vier ogen’-methode, een wetenschappelijk onderbouwd stappenplan, dat vier stappen met concrete tips bevat over het zelf ter sprake brengen van seksuele gezondheid, het stimuleren van patiënten om hierover te vertellen, het consult respectvol afronden en het formuleren van een aanbod. En dit binnen de realiteit van een consultatie.

Deze aanslepende coronapandemie heeft niet enkel een impact op de fysieke en mentale gezondheid. Ook kent het een weerslag op de seksualiteitsbeleving, zowel bij koppels die onder hetzelfde dak wonen als voor mensen die single zijn of geen inwonende partner hebben.

De herziene richtlijn 'Cardiovasculaire risicobepaling' heeft gevolgen voor de praktijk door de introductie van een aangepaste SCORE-tabel, een extra risicoklasse en reclasserende factoren.

Op een drukke maandagmiddag zie ik in mijn nieuwe plattelandspraktijk in Nieuw-Zeeland Steve, een 50-jarige melkboer uit de regio, die slechts zelden de praktijk bezoekt. Een jongere dame, die ik eerder al als patiënte zag, begeleidt hem. Bij navraag blijken de twee vrienden van elkaar te zijn. Als ik vraag waarvoor Steve vandaag op doktersbezoek komt, zegt hij zonder emotie: “Ik heb pijn op de borst en zij (wijst naar zijn vriendin) vond dat ik daar toch maar eens mee naar de dokter moest gaan.” Zijn vriendin knikt: “Ik wil gewoon zeker zijn dat hij geen hartinfarct heeft ofzo.”

Het aantal chronische patiënten met een middelmatige tot hoog complexe zorgvraag neemt steeds toe. De zorg voor dergelijke patiënten vraagt van de huisarts maximale inzet op het vlak van coördinatie van specialistische zorg, intensief medicatiebeheer, secundaire preventie en meer.

Aan het begeleiden van complexe problemen heeft de huisarts geen gebrek: chronische pijn, kanker, verslavingsproblematiek, mentale problemen, enzovoort. Ook de aanmeldingsvraag van vele patiënten laten een complexe achtergrondproblematiek vermoeden: ‘ik ben moe’, ‘het gaat niet meer met mij’, ‘ik zie het niet meer zitten’. Hoe een beeld krijgen van het complexe landschap dat bij de patiënt speelt? En hoe een zicht krijgen op hetgeen de patiënt als zelfinzicht heeft verworven en waarmee de arts en patiënt aan de slag kunnen gaan?

Heel wat mensen maken tijdens hun levensloop een ingrijpende gebeurtenis mee. De Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders beschouwt een gebeurtenis als ingrijpend als men bedreigd is met de dood of ernstige letsels, als men getuige is van de dood of de ernstige letsels van iemand anders, als men te weten komt dat een naaste zo’n gebeurtenis heeft meegemaakt of als men herhaaldelijk blootgesteld wordt aan de aversieve details na zo’n gebeurtenis.

Rollators zijn een niet te missen hulpmiddel voor hulpbehoevende personen. Zij dragen bij aan een toename in evenwicht en mobiliteit bij personen met fysieke beperkingen.