Menu

Om de kans op COVID-19 te bepalen is het klinisch relevant het moment in de epidemie te kennen, maar ook de leeftijd, het geslacht, de risicofactoren, symptomen en vaccinatiestatus van de patiënt.

Evidence-based medicine (EBM) combineert het best beschikbare wetenschappelijke bewijs met de wensen van de patiënt en de klinische expertise van de arts. In de praktijk is dit is belangrijk maar ingewikkeld.

Ondervoeding houdt verband met negatieve gezondheidsuitkomsten, zoals verlies van spiermassa (sarcopenie), een hoger risico op complicaties en infecties tijdens ziekenhuisopname, vertraagde wondgenezing, gedaalde immuniteit, een afgenomen longfunctie en uiteindelijk een verhoogde mortaliteit.

Scabiës, in de volksmond beter gekend als schurft, is een besmettelijke huidaandoening die wordt veroorzaakt door de scabiësmijt. Scabiës is endemisch in Afrika, Zuid-Amerika, Australië en Zuidoost-Azië. Maar ook in België komt scabiës voor, vooral bij personen die in rusthuizen of andere instellingen verblijven en bij mensen die (noodgedwongen) in dicht behuisde en minder hygiënische omstandigheden wonen.

Tijdens een consult kunnen huisartsen een plots opkomend alarmerend gevoel van alertheid ervaren ‘dat-er-iets-niet-klopt’ en dat actie noodzakelijk is. Dit buikgevoel is een vorm van niet-analytisch denken vanuit intuïtie, waarbij kennis en ervaring de basis vormen. Het gaat om een automatisch proces, onbedoeld, onbewust, oncontroleerbaar, efficiënt en snel.

De huidige COVID-19-crisis maakt gezondheidsongelijkheid opnieuw heel duidelijk. Mensen in maatschappelijk kwetsbare situaties stellen zorg vaker uit en vinden moeilijker hun weg in het zorglandschap.

Richtlijnen bevelen echografische screening naar abdominaal aorta-aneurysma bij mannen aan. Is dit ook in een huisartsensetting zinvol en zo ja, voor welke populatie?

Een drukke agenda, weinig geloof in vragenlijsten en vooral de vrees om de privacy van hun patiënt te schenden, verhinderen dat huisartsen screenen naar (problematisch) alcoholgebruik.

Tijdens de eerste en tweede lockdown kon een deel van de verslaafden niet meer worden bereikt en stopte hun begeleiding abrupt. Hierdoor was er een hogere kans op herval en intensiever gebruik. Is ook een noodplan voor verslavingszorg nodig?