Menu

Na een ‘critical incident’ in hun praktijk besloot het Praktijkhuis in Baarle-Hertog een ‘call-recallsysteem’ voor hun Belgische anticoagulatiegebruikers op te stellen, naar analogie met de professionele trombosedienst voor hun Nederlandse patiënten. In dit systeem neemt de praktijkverpleegkundige de volledige organisatie op zich, roept patiënten op en stelt hun medicatie bij, onder supervisie van de huisarts. Deze interventie leidde tot grote tevredenheid van de patiënten en praktijkmedewerkers. Bovendien was de instelling van de anticoagulatie bij deze patiënten even goed geregeld en deden...

De vorige aanbeveling over de aanpak van hypertensie door de huisarts dateert van oktober 2003. Volgens de vastgestelde procedure wordt elke aanbeveling binnen de vijf jaar na publicatie volledig herzien. De redenen voor deze herziening zijn velerlei. Zo bleken enkele topics in de aanbeveling uit 2003 niet meer voldoende onderbouwd te zijn met recente literatuurgegevens. Dit was het geval voor de hoofdstukken over follow-up, implementatie, bloeddrukmeting, secundaire hypertensie, behandeling met calciumantagonisten en angiotensine-2-antagonisten.

Op 26 december 1998 zie ik Frans terug op het spreekuur (zie Huisarts Nu 2009 nr. 6 voor het eerste deel over Frans). Na het skiën krijgt hij pijn in het linker onderste lidmaat, met licht oedeem, en met uitslag op de beide kuiten. Hij mankt sindsdien een beetje en neigt zijn voet steeds om te slaan.

De belangrijkste doelstelling van deze aanbeveling is het ontwikkelen van evidence-based klinische praktijkrichtlijnen voor het gebruik van antibiotica bij een acute exacerbatie van COPD in een ambulante setting.

Het doel van deze studie was in kaart te brengen hoe vaak huisartsen in verschillende Europese landen antibiotica voorschrijven voor acute hoest en welk effect dit heeft op het ziektebeloop.

Wij onderzochten het effect van een training in communicatieve vaardigheden en de C-reactief proteïne (CRP)-sneltest op het aantal antibioticumvoorschriften en het klinisch herstel van volwassen patiënten met een lageluchtweginfectie.

Weglopen. Of nog beter: verdwijnen. Hoe dan ook stoppen als huisarts, want het heeft toch geen zin. Nooit meer van je laten horen. Niemand nog in de ogen durven kijken. Geen patiënt, geen collega. Niemand.

Infectieziekten krijgen meer dan ooit aandacht in de media. Sinds maart van dit jaar worden we geteisterd met berichten over de A/H1N1-grieppandemie. Deze zomer werd zelfs paniek gezaaid. Terecht of gewoon komkommertijd voor journalisten? De eerste Belgische griepdoden vielen intussen te betreuren. Overtreffen we de jaarlijkse 1 500 overlijdens zoals bij een gewone wintergriep? Bovendien meldde men dat griepvirussen makkelijk resistent worden tegen de aanbevolen virusremmers en dat vaccins niet onmiddellijk beschikbaar zouden zijn.

Huisartsen steunen voor de behandeling van cystitis dikwijls op de gevoeligheidsgegevens van urinestalen die worden onderzocht in regionale microbiologische laboratoria. Deze gegevens zijn niet representatief voor ongecompliceerde urineweginfecties. Om aangepaste aanbevelingen te kunnen geven werden de distributie- en gevoeligheidspatronen van uropathogenen in ongecompliceerde urineweginfecties bij vrouwen vergeleken met deze die we tien jaar eerder vonden tijdens ons onderzoek naar uropathogenen in een eerstelijnssetting.

Spirometrie is een valabel instrument in de evaluatie van patiënten met aanhoudende respiratoire symptomen. Ondanks de diagnostische waarde en de beschikbaarheid van betrouwbare en betaalbare handspirometers blijft het gebruik van spirometrie in de Vlaamse eerste lijn zeer beperkt. De implementatie van een longfunctiemeting in de huisartsenprakijk is niet zo eenvoudig; het vereist kennis, praktische oefening, tijd, geduld en organisatie.