Menu

Naar aanleiding van het Ministerieel Besluit van januari 1992, en omwille van sporadische reacties vanwege sommige apothekers in verband met het niet terugbetalen van geneesmiddelenvoorschriften, toch enkele bedenkingen.

Het decreet Weckx beoogt met het inschakelen van een zorgbemiddelaar een betere coördinatie en ondersteuning van de thuiszorg voor zwaar hulpbehoevenden. Om deze taak op zich te kunnen nemen, worden aan de zorgbemiddelaar heel wat eisen gesteld. Wie kan of wil deze zware opdracht vervullen, en welk onderscheid is er met de taak van de “zorgverantwoordelijke”? Moet de huisarts zorgbemiddelaar worden of moet hij deze taak delegeren.

Voor diegenen die het nog niet zouden weten is het experiment in verband met het Centraal Medisch Dossier (CMD) van de ex-minister van sociale voorzorg nu een feit. De meeste "week"- of laat ons maar zeggen “dag "-bladen voor huisartsen wijden er telkenmale nog één of ander artikel aan. Nog even in het kort het voorgestelde scenario: alle huisartsen en mutualiteiten worden aangeschreven om aan het experiment deel te nemen. De patiëntenpopulatie wordt op zijn beurt door de mutualiteit langs allerhande kanalen en slogans aangemoedigd tot deelname.

Oproepen voor acute buikpijn vormen een belangrijk deel van de dringende oproepen die bij de huisarts terecht komen. Net als "pijn op de borst" vormt “acute buikpijn ” een diagnostische uitdaging voor de arts, waarbij het niet (of ontijdig) nemen van de juiste beslissing belangrijke implicaties voor de prognose kan hebben.

Het zit mij, en ik vermoed zeer veel andere huisartsen, erg dwars dat wij ongevraagd overspoeld worden met allerhande medische literatuur. Geen enkele huisarts mag of kan dan ook nog zeggen over geen medische literatuur te beschikken, zonder één frank uit te geven. Naar mijn mening wat te veel van het "goede". Maar daar gaat het nu juist over. Is deze literatuur ook voor huisartsen "goede" literatuur? Zomaar het tegengestelde beweren en al de inspanningen die gepaard gaan met het uitgeven van deze artikels en tijdschriften afdoen als zinloos en zuiver reclame van de farmaceutische firma's, zou...

Met de toenemende vergrijzing van de bevolking, komen steeds meer ouderen in de zogenaamde rust- en verzorgingstehuizen (RVT) terecht. Principieel zijn deze bedoeld als een alternatief voor de opvang van bejaarden, wanneer thuiszorg niet meer mogelijk is en om de klassieke (technische) klinieksituatie te vermijden. Vóór de drastische ingreep van Minister Dehaene in de ziekenhuissector, en de resulterende afbouw van acute bedden, bestonden er in heel wat steden en gemeenten reeds zogenaamde “rusthuizen ” dikwijls onder het beheer van religieuzen.

Naar aanleiding van een recent rapport omtrent "Operation 1992" van de EEG leek het mij nuttig enige bedenkingen te formuleren omtrent de WVVH in een breder Europees perspectief.

Op 10 en 11 mei jongstleden vond in het Nederlandse Utrecht het (eerste) internationaal congres plaats met als titel "Doctors at work: General practice in facts and figures", georganiseerd door NIVEL (Nederlands Instituut voor de Eerste Lijn). Dit professioneel ingericht congres werd bijgewoond door een honderdtal, voornamelijk Nederlandse huisartsen, aangevuld met een klein aantal gerenommeerde buitenlandse sprekers en had plaats in de grote hallen van de Jaarbeurs van Utrecht. Onder de deelnemers bevonden zich een drietal Belgen (Vlamingen).

Het is opmerkelijk hoe belangrijke facetten binnen de huisartsgeneeskunde, zoals preventie, centraal medisch dossier, maar ook thuiszorg slechts langzaam en moeilijk echte verworvenheden van iedere huisarts worden.

Het medisch dossier blijft nog steeds voor huisartsen een controversieel punt. Het kent heel wat facetten, die te pas en te onpas worden aangewend om het ofwel te verdedigen, ofwel helemaal in de grond te boren en als bijzaak af te doen.