Menu

Zorgredacteur Michiel van der Geest van de Volkskrant verdiepte zich lange tijd in het zorgtraject van een vrouw met dementie. Hij vertelt met veel respect over de progressieve achteruitgang, de inzet van de mantelzorgers en staat ook stil bij de complexe beslissing ‘wanneer naar het verpleeghuis’.

Opvolging van hartfalen is een intensief traject, waarbij op de eerste plaats de patiënt betrokken is via zelfmonitoring van lichaamsgewicht, hartslag en bloeddruk. Maar het is de huisarts of de praktijkverpleegkundige die de educatie verzorgen en de supervisie/coördinatie van de ambulante zorg op zich nemen.

Nauwkeurige opvolging van patiënten met hartfalen zorgt voor een daling van onverwachte hospitalisaties en overlijden. Maar dagelijkse monitoring van bloeddruk, hartslag, gewicht en eventueel zuurstofsaturatie vraagt veel inzet van patiënten en mantelzorgers.

De eerste weken na ontslag uit het ziekenhuis zijn een kwetsbare periode voor patiënten met hartfalen. Er is een verhoogd risico op heropname in het ziekenhuis en overlijden.

Vertrouwen in de arts-patiëntrelatie bevat vele schakeringen en invalshoeken. De nieuwe Wet Patiëntenrechten over vertrouwenspersonen biedt een kans om hiermee proactief aan de slag te gaan.

In 2020 waren er wereldwijd 1,18 miljard mensen die geregeld tabak rookten en 2,3 miljard mensen die regelmatig alcohol dronken. Twee derde van de rokers heeft het voornemen om te stoppen met roken en de helft van hen probeert elk jaar een stoppoging. Spijtig genoeg is slechts 6% succesvol in het blijvend laten van tabak, terwijl één op tien toch ten minste zes tot twaalf maanden van de sigaret kan afblijven.

Geneesmiddelen en andere chemische producten voor de zorg (zeep en oplosmiddelen) zorgen in Nederland voor 40% van de uitstoot van broeikasgassen en grondstoffen in de zorgsector. Het verbruik van de zorgsector in Nederland draagt voor 7% bij aan de totale uitstoot van broeikasgassen. De impact van de zorgsector verschilt per ‘effectcategorie’: klimaatverandering, grondstoffengebruik, zoetwaterconsumptie, landgebruik en afvalproductie (figuur).

We zitten over de helft van de ‘alcoholvrije maand’. Elk jaar biedt februari een reflectieperiode over het persoonlijke gebruik van alcohol. Voor sommigen een makkie, zeker voor wie een leven lang geen druppel heeft gedronken. Maar heel wat mensen die zichzelf als ‘sociale drinkers’ zien, komen toch moeilijke momenten tegen om een hele maand neen te zeggen tegen de, in onze contreien, ingeburgerde socializer.

Ik herinner het me nog levendig. Ik was elf jaar oud en op woensdagnamiddag speelden we graag geïmproviseerd voetbal op één of ander pleintje. Mijn motorische dynamiek maakte mij geschikt als middenvelder. Een leuke plek, want je kon zowel achteraan wat mee voetballen én even later een splijtende demarrage doen richting de goal van de tegenstander.