Menu
Geavanceerd zoeken

Veldwerkers uit de eigen regio onderzoeken de efficiency van samenwerking binnen de eerste lijn in het Tieltse. Als voornaamste stap naar de verbetering zien zij de geleidelijke groei van een eigen klimaat, waarin samenwerking kan gedijen.

De uitbouw van een solo- tot duopraktijk en later tot groepspraktijk brengt een toename van de individuele en gemeenschappelijke kosten met zich mee. Slechts bij voldoende vermeerdering van het patiëntenbestand kunnen de gestegen kosten grotendeels gekompenseerd worden. Tegenover een daling van het inkomen staat in elk geval een toegenomen arbeidsvreugde.

De bedoeling van dit artikel is een verslag te geven van de groei en de institutionalisatie van de samenwerking tussen het Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg te Genk en een aantal huisartsengroepen uit de omgeving.

Dit artikel probeert een aantal aandachtspunten naar voor te brengen die zowel voor vaste teams in de eerste lijn (bv. home-teams, wijkgezondheidscentra...) als voor losse teams (centra van diensten, T.G.Z.-equipes...) van toepassing kunnen zijn. We vertrekken hierbij uit die leerpunten uit de eigen ervaringen die mogelijk voor startende teams van belang kunnen zijn. De tekst beperkt zich tot de inhoudelijke en praktische benadering van team-besprekingen en laat allerlei strukturele en andere problemen, waar teams mee te maken hebben onbesproken.

De arts verwijst als hij zich onbekwaam acht zelf de patiënt te helpen, en weet dat de beoefenaar van een andere discipline hulp kan verlenen. Om samen te werken moet de technische bagage van de andere hulpverlener komplementair zijn aan de kennis van de verwijzende arts, maar moet tevens de medische filosofie van beiden gelijklopend zijn.

Voor huisartsen is samenwerking in een thuisgezondheidszorg-team meer dan de mogelijkheid, patiënten te verwijzen naar «helpers». In dit team wordt niet de hiërarchie verdedigd van de huisarts die «de spil» van het team moet zijn. Pas vanuit samenwerking in horizontale relaties krijgt de arts kans zich te verrijken aan de inzichten van zijn medewerkers.

Twee jaar geleden werd in het Lokerse de Huisartsenvereniging der Durmestreek opgericht. Onze lezers vonden reeds verscheidene malen echo’s uit deze vereniging in HANU. Vandaag maakt P. Vermeulen de balans op van twee jaar werking binnen een VZW van huisartsen-solisten.

Een kuratieve solo-praktijk, gesitueerd in een «kansarme» wijk aan de rand van Gent (België) evolueerde naar een multidisciplinair geïntegreerd wijkgezondheidscentrum. Naast een schets van deze ontwikkeling wordt aandacht besteed aan de voornaamste knelpunten bij het konsekwent doorvoeren van de WGO-principes rond eerstelijnsgezondheidszorg. U krijgt enkele elementen van evaluatie. Tot slot wordt gewezen op gevolgen van de huidige politieke situatie in verband met het gezondheidsbeleid in België.

De huisartsengroep Fruithof ontstond uit de bundeling van vijf huisartspraktijken. Na 8 jaar kijken wij terug op kansen en problemen die voortvloeien uit deze samenwerking.

«M.C.H. is unique in the world!». Deze lofbetuiging komt van vér, uit de States waar, tussen haakjes, ook wel spanningen blijken te bestaan tussen de specialisaties, en werd verwoord door prof. Verby die huisartsgeneeskunde doceert aan de universiteit van Minnesota. Even een kennismaking met dit uniek samenwerkingsverband, bij middel van een gesprek met dr. Karel Van De Meulebroeke, «motor» achter dit initiatief, zelf ooit voorzitter van het M.C.H., en geflankeerd tijdens zijn uitleg door de derde en huidige voorzitter dr. Jos Heeren.