Menu
Geavanceerd zoeken

Een derde tot de helft van de bevolking snurkt elke nacht. Door obesitas en door verouderen neemt dit aantal toe. Snurken is op zich geen groot probleem behalve voor sommige bedpartners.

De derde druk van dit boek over lymfoedeem bevat de meest recente inzichten rond (patho)fysiologie, diagnostiek, genetica bij lymfoedeem maar ook een geïntegreerde biopsychosociale benadering van een chronische ziekte.

Dit boek gaat in op de vragen die voortvloeien uit de niet-invasieve prenatale test of NIPT. De auteurs, een gedragswetenschapper met specialisatie inclusiviteit en een orthopedagoog/psycholoog die werkt in de zorg rond mensen met een verstandelijke beperking, bekijken de verschillende perspectieven bij de test en bij het syndroom van Down.

Bij de diagnose en behandeling van kanker hebben patiënten nood aan een huisarts, die de informatie over de ziekte en de verschillende behandelopties kan overzien en toelichten. My Cancer Navigator ondersteunt dan met informatie en advies.

Screening naar een aneurysma aorta abdominalis gebeurt via een eenmalige echografie. De sensitiviteit bedraagt 94-100% en de specificiteit 98-100%.1 Mannen van 65 tot 75 jaar die roken of een voorgeschiedenis hebben van roken, hebben het meeste baat (daling van mortaliteit) bij een screeningsprogramma. Dit voordeel is minimaal maar wel nog bestaand bij mannen van 65 tot 75 jaar dit nooit gerookt hebben.

Screening in de eerste lijn naar een abdominaal aorta aneurysma bij patiënten tussen 65 en 75 jaar is haalbaar en nuttig. Wanneer geen abdominaal aorta aneurysma wordt vastgesteld, kan de patiënt bovendien levenslang gerust zijn.

Ondanks de grote veranderingen in de geneeskunde blijft de tragiek in mensenlevens dezelfde. Artsen van alle tijden maken hetzelfde mee. Dit schept een verbondenheid met artsen in verleden en toekomst, en artsen overal ter wereld.

Geldzorgen gaan gepaard met aanhoudende stress, wat invloed heeft op het welbevinden en de gezondheid. Door het taboe hierrond wordt het nog te weinig besproken bij de huisarts.

Er is (opnieuw) meer interesse in welke taken huisartsen op zich nemen tijdens de begeleiding van zwangere vrouwen en hun partner voor, tijdens en na de zwangerschap/bevalling en van de baby postnataal.

De opvolging van een zwangerschap door de huisarts, een vroedvrouw, collega-huisarts of gynaecoloog is momenteel versnipperd en onduidelijk. Er is geen integratie en coördinatie van een zorgplan. Gezien de huisarts meestal de eerste zorgverlener is die een zwangerschap vaststelt, moet dit moment aangegrepen worden om neutraal de opties te overlopen aan de hand van de noden van de toekomstige ouders. Dit komt de zorg ten goede voor moeder (partner) en kind.