Menu
Geavanceerd zoeken

De laatste jaren is het aantal langdurig (1 jaar) arbeidsongeschikten aanzienlijk gestegen. Momenteel zijn er bijna 500 000 langdurig zieken in België (figuur 1).1 Volgens het Riziv zijn de meest voorkomende aandoeningen van psychische en locomotorische aard.

Huisartsen hebben dagelijks te maken met patiënten die gezondheidsklachten ervaren die rechtstreeks of onrechtstreeks te maken hebben met het uitvoeren van hun job of de werkomstandigheden. Huisartsen hebben echter vaak weinig kennis van hun beroep, een al dan niet voltijdse job en hun concrete werkomstandigheden.

Een aanzienlijk deel van de hulpvragen bij de huisarts is werkgerelateerd. Dat kan gaan om een vraag naar arbeidsongeschiktheid voor banale gezondheidsklachten, waar het attest meer dan de diagnose of de behandeling de reden is voor het doktersbezoek. Maar ook meer complexe vragen komen voor, zoals fysieke en mentale klachten die verband houden met arbeidsongevallen, Repetitive Strain Injuries (RSI), problemen met de werkgever of conflicten met collega’s op het werk.

Vasculaire compressiesyndromen behoren tot een kleine, maar niet onbelangrijke groep van symptomatische vaatafwijkingen die altijd verdere oppuntstelling en behandeling vereisen. De klachten passen altijd in de differentiaaldiagnose van andere klachten.

Ondanks sensibiliseringscampagnes blijft het gebruik van slaapmedicatie, met name benzodiazepines en z-drugs, torenhoog in België (tabel). Tijdens de coronapandemie namen slaapproblemen, net zoals angst en depressie, bovendien fors toe. In 2020 stelde de vijfde COVID-19-gezondheidsenquête vast dat bijna driekwart (73%) van de Belgische bevolking slaapproblemen ervoer en ongeveer één op vijf een angst- (23%) of depressieve stoornis (22%) vertoonde.

Recent werd in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde beschreven hoe en waarom opioïden dienen te worden afgebouwd bij patiënten met chronische pijn.1 Naast de afbouw zijn aanvullende interventies noodzakelijk, zoals (pijn)educatie.

Bewoners van een woonzorgcentrum hebben doorgaans complexe gezondheidsproblemen. Samen met een multidisciplinair team staat de huisarts in voor de toenemende zorgvraag. Deze interprofessionele samenwerking vraagt om een doeltreffende communicatie. Idealiter is er voor en na een bezoek aan een bewoner een (mondelinge) overdracht van informatie tussen de huisarts en de (hoofd)verpleegkundige om tot een gemeenschappelijk gedragen plan van aanpak te komen.

BPA is een gekende hormoonontregelende stof die dagelijks wereldwijd wordt gebruikt. Via interactie met oestrogeenreceptoren kan ze inwerken op het vetweefsel, centraal zenuwstelsel en de darmflora en zo bijdragen tot het ontwikkelen van obesitas. Deze gevolgen zijn transgenerationeel en cardiovasculaire complicaties zijn het meest frequente gevolg. Voorzichtigheid is dus aangewezen en het gebruik van BPA wordt best geminimaliseerd.

Bij patiënten in de eerste lijn met het prikkelbaredarmsyndroom (PDS) toont een FODMAP-verlagend dieet superieur te zijn aan de behandeling met een spasmolyticum en dit op vlak van het verbeteren van de symptomen van PDS. Een FODMAP-verlagend dieet aan de hand van een applicatie op de smartphone dient te worden overwogen als eerstelijnsaanpak voor patiënten met PDS in de huisartsenpraktijk.

Dit artikel toont aan dat antibioticaresistentie in 2019 één van de belangrijkste doodsoorzaken was wereldwijd waarbij lage luchtweginfecties zorgden voor het grootste aandeel resistentiegeassocieerde sterftes. Deze cijfers stijgen sneller dan initieel verwacht werd. 80% van de antibiotica worden voorgeschreven in de eerste lijn. Huisartsen kunnen dus zeker bijdragen aan het veilig verminderen van het gebruik van antibiotica.2 Hiervoor zijn hulpmiddelen beschikbaar.